12 FEBRUARI 1964. 112 deze agenda, waarbij vanuit de raad met veel waardering getuigd is, ten opzichte van de planning op langere termijn met andere woorden het investeringsplan. Door dit plan is de raad inderdaad over langere termijn vooruit in de gelegenheid om in het beleid en inde ontwikkeling een vinger in de pap te hebben. Spreker gelooft echter dat met betrekking tot de ontwikkeling van de binnenstad het voor de raad van minstens zo groot belang is, misschien van nog meer wezenlijk belang, om dat indien over een plan beschikt wordt, meer hier naar toe ge werkt wordt. De feitelijke situatie tot aan vandaag de dag is zo, dat erover een binnenstadsplan beschikt wordt, waarbij dus een bepaald deel van de binnenstad voor wat de wegenloop betreft is aangegeven. Er kun nen dus wegen worden aangelegd, er kan gesloopt worden, maar de vraag laat zich dan aandienen: "Wat nu?" Spreker vraagt even de aandacht van de raad voor het civic-cen- tre, waarvoor burgemeester en wethouders een volumeplan aan de raad hebben gepresenteerd. Dit civic-centre komt dus in een be paalde omgeving te staan, waarvoor op die plaats nog wel het een en ander zal moeten verdwijnen. Hierbij zal ook nog wel een visie aan de raad gegeven mogen wor den over het standpunt van burgemeester en wethouders ten op zichte van de ontwikkeling van dat gebied, wat in zeer nauwe relatie en samenhang staat met het civic -centre. Het onderhavige gebied waarover burgemeester en wethouders met deze firma contact hebben opgenomen ligt tussen de haven met parkeergarage en de brug over de Tramsingel. Dit gebied zal in het kader van de gedachte sanering van de binnenstad moeten ver dwijnen. In dit gebied is ook een nieuwe weg geprojecteerd die de verbinding zal vormen tussen de brug over de Tramsingel en de noordelijke invalsweg enerzijds en de binnenstad anderzijds. De vraag is nu hoe dit gebied tussen deze twee punten zal moeten worden opgevuld. Spreker gelooft dat dit een probleem is, waarvan gezegd kan wor den dat dit iedere stadsbestuurder zal moeten interesseren. Voor het ontwikkelen van dit gebied op de meest ideale wijze, zullen sociografische onderzoekingen nodig zijn, doch ook verkeers- en economische onderzoekingen. Men zal moeten gaan inventarise ren wat eigenlijk de stad als streekcentrum voor het gehele ge bied betekent. Spreker is van mening, dat menvoor dit soort on derzoekingen een sociograaf maar niet even een rapport kan laten maken. Dit is echt een kwestie van teamwork en het onderzoek wat door de Empeo wordt uitgevoerd is dus ook niet een kwestie van een man van de Empeo, die dat even doet, maar dat is een taak voor de gehele organisatie. Spreker zou in dit verband het plan Hoog Catharijne te Utrecht onder de aandacht willen brengen, wat door dezelfde Empeo is ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 112