11 MAART 1964.
145
zinnen op een revalidatiecentrum gezet heeft.
Mevrouw DE BONTE zegt, dat dit voorstel bij haar fractie gro
te waardering heeft gevonden, omdat hierdoor perspectieven ge
opend worden, die, mocht het plan slagen, niet alleen voor Breda,
maar voor geheel Zuid Nederland en zelfs landelijk van grote be
tekenis zullen zijn. De toenemende waarde, die in medische kringen
toegekend wordt aan revalidatie in verschillende vorm als genees
wijze, de bijzondere gunstige resultaten die hiermede behaald zijn
en mede het feit, dat er in Nederland slechts drie klinieken zijn,
waarin de in het voorstel bedoelde revalidatie mogelijk is, maakt
dat haar fractie de verwezenlijking van deze plannen ten zeerste
zal toejuichen.
Een bijzonder gelukkige omstandigheid is wel de eventuele moge
lijkheid tot huisvesting in het huidige gebouw van de Stichting Moe-
derheil. Of dit gebouw wel helemaal aan de eisen van een modern
ziekenhuis - ook na eventuele verbouwing - voldoet is voorlopig
niet het belangrijkste. Door het grote omliggende terrein is de gun
stige mogelijkheid aanwezig voor verbouwing of eventueel vernieu
wing. Wat voor het moment wel van de grootste betekenis is, is het
vinden van die deskundige die alle facetten van een dergelijk in
stituut kan onderzoeken. Uit de besprekingen, die in de betreffen
de afdeling hebben plaats gehad,heeft zij begrepen.dat men hier
voor nog geen bepaald persoon op het oog heeft. Ook het aantrek
ken van deskundig personeel en van hoog gespecialiseerde medici
lijkt haar geen eenvoudige zaak. Zij en haar fractie hebben het
vertrouwen, dat alles in het werk gesteld zal worden om een me
dische bezetting van het hoogst mogelijke niveau te krijgen. De
samenwerking met de plaatselijke ziekenhuizen moet goed zijn.
Bovendien is het uiterst belangrijk.dat de besprekingen met de be
sturen en de directie van de plaatselijke ziekenhuizen in eerste in
stantie in positieve zin verlopen. Spreekster vraagt hoe het college
de samenwerking met de plaatselijke ziekenhuizen gedacht heeft.
Naar haar mening hebben die ziekenhuizen allemaal een zogenaam
de revalidatie-afdeling. Deze afdelingen moeten hun werk kunnen
blijven voortzetten zonder concurrentie te ondervinden van de nieuw
te stichten kliniek. Dit kan alleen maar als er van een nauwe sa
menwerking gesproken kan worden. In dit licht gezien wil spreekster
vernemen of bij de uitbreiding van het huidige bestuurvande stich
ting revalidatiecentrum of een eventueel geheel nieuw te vormen
bestuur gedacht is aan de vertegenwoordiging van alle directies van
de plaatselijke ziekenhuizen o. a. ook niet-katholieke vertegen
woordigers. Het laatste acht zij van groot belang ter bevordering
van een goede samenwerking. Gaarne zou zij vernemen welke be
doelingen hierbij voor ogen staan.
Spreekster's fractie is van mening dat in grote lijnen de bedoelingen
van het voorstel zijn uiteengezet, maar dat de verdere ontwikke
ling nog moeilijk is te overzien. Met belangstelling zal zij de ver-