154
11 MAART 1964.
revalidatiecentrum niet tot stand zal komen. Of het revalidatie
centrum er met het vandaag te voteren krediet kan komen weten we
straks pas.
Spreker meent, dat de raad, waar nog niet bekend is of het reva
lidatiecentrum er kan komen, zich in een avontuur stort.
Overigens vindt hij het avontuur zo vreselijk aantrekkelijk, dat hij
graag zijn stem aan het voorstel zal geven.
De heer VAN DERWERFFwil gaarne het rapport afwachten. Hij
heeft enkele punten genoemd, omdat hij er van overtuigd is, dat
het rapport alleen dan zin zal hebben, als die punten daarin duide
lijk tot uiting komen.
Wat dat betreft schenkt hij in dit stadium graag zijn vertrouwen
aan de wethouder.
De heer QUADEKKER zegt van de wethouder te hebben verno
men, dat er nog een initiatief ontwikkeld is wat hulde verdient nl.
het overlegorgaan tussen de vijf ziekenhuizen. Hij vindt het pret
tig, dat de wethouder aan zulke dingen "doktert".
Mevrouw DE BONTE is ook tevreden met de door de wethouder
gegeven antwoorden. Zij vraagt alleen nog of het de bedoeling is
om hier qua structuur een algemeen ziekenhuis van te maken.
Wethouder VAN BOXTEL gelooft te kunnen volstaan met voor
bij te gaan aan de avontuurlijke instelling van de heer Barij, die
zich overigens toch wel graag in dit avontuur stort.
Mevrouw ae Bonte raakt met haar vraag een nieuw aspect aan. Het
is moeilijk om daarop in dit stadium een duidelijk antwoord te ge
ven. Spreker gelooft ppk dit niet te mogen doen, omdat hij dan al
op voorhand nog niet bestaande partijen zou binden, hetgeen hij
niet fair vindt. De opmerking zal aangetekend worden en langs de
ze weg in discussie worden gebracht.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel besloten.
17. DIVERSE VERZOEKEN VAN SCHOOLBESTUREN OM MEDE
WERKING OP GROND VAN HET BEPAALDE IN ARTIKEL 72
DER LAGER ONDERWIJSWET 1920.
De heerQUADEKKER vraagt het inde toelichting onder 4 voor
komende woord "enigste" te wijzigen in "enige".
De VOORZITTER dankt de heer Ouadekker voor deze taalzui
vering.
De heer Vis zegt, dat het logisch is, dat wanneer een school wordt
aangewezen om mee te doen aan een experiment, ook de moge
lijkheden worden geschapen om aan de aanwijzing gevolg te kun-