173 1 APRIL 1964. lang niet alles toen per 1 december 1945 Uwerd benoemd tot bur gemeester van Roermond. Het was een belangrijke promotie en niet alleen omdat Roermond een gemeente was met ongeveer 30. 000 inwoners maar meer nog omdat deze stad in het Limburgse en ook elders een bijzondere klank heeft als cultureel centrum met een historische betekenis een stad die mede om haar bijzondere charme inde provincie Limburg direct genoemd wordt na Maastricht. Een eervolle benoeming dus, maar wat trof U daar aan? Een gemeente die door de gedwongen evacuatie bijzonder veel had geleden in de latere oorlogsjaren, een stad die zeer gehavend was door veelvuldige granaatinslagen, kortom er was een desolate toestand die een zware aanpak van node had en daarvoor had men juist U gekozen. Men wist al voldoende.dat U geen vrees had om zelf het zwaarste pakket van de problemen op Uw schouders te nemen. Wat U daar gepresteerd hebt is door de medebestuurders van Roermond voldoende geboekstaafd, eerstens bij Uw jubilé van 12j jaar burgemeester en tweedens bij Uw afscheid van Roermond toen U benoemd was tot burgemeester van onze stad. Door Uw langdurig verblijf te Roermond waart gij daar in de gele genheid voor nieuwe objecten de eerste steen te leggen en later ook de opening te verrichten. Bij de vele belangrijke werken, die daar in Uw ambtsperiode gereed waren gekomen waren het meest in het oogspringend een tunnel onder de spoorlijn door ter verbin ding van het oostelijk en het westelijk stadsdeel en de restauratie van de toren van de kathedraal welke restauratie mogelijk is ge maakt mede door Uw persoonlijke actie tot inzameling van giften die in drie weken tijd 100. 000, - had opgebracht. Het zou niet juist zijn om nog meer in details te treden over Uw activiteiten te Roermond en wil nu overstappen tot de Bredase pe riode. U bent hier benoemd per 16 december 1959. U was voor het Bre dase college en voor de Bredase raad een onbekende als ik mij zelf uitzonder. Ik kende U reeds enkele jaren wegens ontmoetingen bij internationale trefpunten. Ook herinner ik mij nog een ontmoeting hier ter stede bij gelegen heid van een landelijke vergadering van de Vereniging voor Ne derlandse Gemeenten. U was toen door het bestuur der vereniging aangewezen als verslag gever van de vergadering. In Uw verslag hebt U nog lichtelijk de spot gedreven met het tekort in Breda aan congresaccommodatie. Is het te verwonderen dat een Uwer eerste taken was om te bevor deren dat wij hier een geschikte congres- en tentoonstellingshal zouden krijgen Als ik nu de vraag stel of de tijd van 16 december 1959 totl april 1964 voldoende is om een mening over U uit te spreken dan moet ik op deze vraag een bevestigend antwoord geven. Ik hoop in mijn verder betoog er in te slagen dit waar te maken. Bij Uw komst hier trof U een stad aan weer drievoudig ininwoner-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 173