245 13 MEI 1964. zeggen indien de oever op verzoek en ten gerieve van de vennoot schap wordt verlegd zij de kosten moet dragen. Neen, zegt het voorstel, de N. V. behoeft niet te betalen, omdat zij er de norma le prijs voor betalen en er van wordt uitgegaan dat er een normale oeverbescherming aanwezig is. Deze redenering ontgaat hem, hij zou zeggen, omdat de N. V. de normale prijs betaalt en blijkbaar met de bestaande oeverbescherming niet tevreden is moet zij juist de kosten dragen die uit het voorstel volgen. Wethouder VERMEULEN zegt dat in een ver verleden met de Machinefabriek Breda bepaalde afspraken zijn gemaakt ten aan zien van daar in optie teverkrijgen grond en de daarvoor te beta len prijzen. De voorziening in de oeverbescherming betekent een verbreden van een verbindingsweg. Gezien de voorgeschiedenis is het eigenlijk een niet haalbare zaak dat de Machinefabriek de ze kosten voor haar rekening zou moeten nemen. Daarom heeft het college besloten dat de prijzen van het verleden moeten wor den gehandhaafd. De heer BARU moet toch concluderen dat men de Machinefa briek iets cadeau gaat geven. Dat zou hij wel waarderen wanneer dat onomwonden in het voorstel zou staan en er deze redenering aan was vastgeknoopt. Nu acht hij niet-doorberekenen niet houdbaar. Wethouder VERMEULEN meent tegen de opmerking dat van de zijde van het gemeentebestuur een cadeau aan een bepaalde indu strie wordt gegeven, bezwaar te moeten maken. Als college is men uiteraard gerechtigd om bepaalde industrieën cadeaus te geven, maar dit voorstel gaat evenals andere voorstellen naar gedeputeer de staten die zich - als wij cadeaus aan het uitdelen zijn - ter za ke wel zullen oriënteren. Waar het echter op aankomt dat is de verkoopprijs. De met de Machinefabriek in onderhandeling over eengekomen prijs was de normale prijs, waarin normale dingen waren opgenomen, waaronder een oeverbescherming. Nu is het college van oordeel dat de oeverbescherming daar ter plaatse niet normaal is, er dient iets te worden veranderd. De extra lasten dienen niet afzonderlijk te worden doorberekend. De heer BARU zegt dat oeververlegging niet is beschermen, maar verleggen. Hierna wordt besloten het voorstel tot een volgende vergade ring aan te houden. 15. WIJZIGING VERORDENING INGEVOLGE DE WINKELSLUI TINGSWET. De heer MENDES merkt op dat voorzover hem bekend de com missie voor de strafverordeningen niet is gehoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 245