275 13 MEI 1964. is aangedrongen op het oprichten van een gemeentelijke dienst. Het is begrijpelijk dat met de aan de orde zijnde ontwikkeling gaar ne akkoord wordt gegaan. Hierbij is in de fractie echter nadrukke lijk gesteld en spreker wil dit graag in het openbaar naar voren brengen, dat dit niets afdoet aan de waardering voor het werk van de Familie Van Oers. Ook spreker's fractie is van oordeel en dat komt ook in dit voorstel heel duidelijk tot uitdrukking, dat voor een stad van de grootte van Breda en ook gezien de centrumfunctie, een zodanig apparaat aanwezig moet zijn waarmee in de meeste te voorziene omstandigheden de gewenste hulp kan worden geboden. Ten aanzien van de financiering zijn er ook in spreker's fractie nogal wat vragen gerezen. In het verleden is ook al eens de vraag gesteld of het noodzakelijk is dat voor elke dienstverlening van de gemeente die daar ook maar enigszins voor in aanmerking komt, moet worden gekomen tot een rendabele exploitatie. Gezien de nieuwe financiële verhouding is dit inderdaad een zeer belangrij ke vraag, dat ziet spreker's fractie ook wel in. Zij is daarom geneigd burgemeester enwethouders te volgen, voor al ook omdat de motivering dat andere instellingen van gezond heidszorg zoals ziekenhuizen en bejaardentehuizen een kostprijs- dekkend tarief hebben, wordt onderschreven. Er staat echter wel in het voorstel dat er bij sociaal-geneeskundigen bezwaren bestaan, doch dit is niet nader uitgewerkt. Spreker zou hier toch wel graag een en ander van vernemen. De invloed van de nu voorgestelde verhoging ten aanzien van de ziekenfondsen is ook niet geheeldui delijk. De verhoging van Breda alleen zal wellicht niet zo'n grote invloed hebben, maar als men dit in Breda doet dan moet met de consequentie rekening worden gehouden dat dit algemeen gevolgd gaat worden. Financieel is dit dus een principiële zaak. Hierop wenst spreker een antwoord te krijgen, hoewel hij het er mee eens is dat nu in ieder geval een beslissing moet worden genomen ten aanzien van het ge meentelijk worden van deze dienst. De begroting komt wel aan de orde bij de begrotingsbehandeling voor 1965, dan zullen ook wel betere en meer gegevens ter beschik king staan. Nu zal dus een bepaald bedrag aan de Familie Van Oers worden gegeven. Ten aanzien van het eerste punt zegt spreker daarmede gaarne ak koord te gaan en wat betreft het tweede punt wacht hij het antwoord af. Zonodig wil hij zich bij de heer Broeders aansluiten teneinde de beslissing over de financiële gevolgen uit te stellen tot de behan deling der begroting 1965. De heer VAN DER WERFF zegt dat ambulance-vervoer door de doorsneeburger wordt geassocieerd met de opvallend gekleurde au to - niet zwart, want dan is het afgelopen - voorzien van werkend zwaailicht en huilende sirene. Snelvervoer met deskundige ver- ple g_ - hulp kan daarbij mensenlevens redden die door of buiten hun schuld, uiteraard nooit opzettelijk, gevaar lopen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 275