17 JUNI 1964.
303
gangersoversteekplaatsen - zullen wij de verkeerscommissie horen.
3. WIJZIGING VERORDENING OP DE HEFFING VAN EEN BELASTING
OP HONDEN.
De heer GIELEN voelt zich bepaald niet gelukkig met dit voor
stel en hij heeft zich afgevraagd of het niet mogelijk is de behan
deling van dit voorstel uit testellen tot de behandeling van de be
groting voor het jaar 1965, die over enkele maanden zal plaatsvin
den.
In het voorstel van burgemeester en wethouders is vermeld, dat dit
besluit moet dienen om de belasting op waak- en bedrijfshonden
aan te passen aan het tarief van de met name genoemde gemeen
ten en dat de tariefsverhoging moet dienen ter versterking van de
inkomstenvan de gemeente. Vooral inverbandmet het laatste mo
tief vraagt spreker zich af of behandeling bij de begrotingsbehan
deling niet beter ware geweest. Hij neemt namelijk aan dat er wel
een tekort op de begroting zal zijn en dat er dan bronnen zullen
moeten worden aangeboord om dit tekort te dekken. Nu in het voor
stel van burgemeester en wethouders is vermeld dat de verhoging
op 1 januari 1965 zal ingaan kan er niet gezegd worden dat er zo
veel haast medegemaakt moet worden en naar zijn inzicht had dit
voorstel tot tariefsverhoging onder de bronnen van dekking van het
tekort kunnen worden opgenomen.
Spreker wil aan burgemeester en wethouders enkele vragen stellen.
Uit het voorstel blijkt dat er in Breda mensen zijn, die aangifte doen
van het hebben van een bedrijfshond of een waakhond, terwijl het
in feite een luxe hond is. Hij vindt dit een ernstige aanklacht tegen
een aantal inwoners, die dus oneerlijk schijnen te zijn. Het is naar
zijn mening nog zeer de vraag of dit euvel er inderdaad is en zo
het er is of het dan in die mate, als wordt gesteld in het voorstel,
aanwezig is.
Vervolgens wordt in het voorstel een aantal gemeente genoemd waar
de belasting voor bedrijfs- en waakhonden veel hoger is dan in Breda.
Spreker vraagt zich af of het een schande is als in de gemeente
Breda nu eens een belasting lager is dan in andere gemeenten. Hij
kan in dit opzicht de vraag stellen eens te doen nagaan welke an
dere gemeentelijke belastingen in Breda hoger zijn dan in de in het
voorstel aangehaalde gemeenten. Het is zeer eenvoudig te vermel
den dat in Amersfoort, Dordrecht en Den Bosch deze hondenbelas
ting hoger is doch spreker kan zich voorstellen dat in de andere 900
gemeenten in Nederland het tarief lager ligt. Hij noemt dit een
zwak argument.
Indien het voorstel van burgemeester en wethouders is gedaan om
een vermeerdering van inkomsten te verkrijgen dan blijft spreker
zich afvragen of het niet beter is dit voorstel te laten rusten tot de
begrotingsbehandeling.
Tenslotte zegt hij dat het niet over een belangrijke zaak gaat maar
dat hij er toch een principiële kant aan vindt en hij zou het op prijs