415 12 AUGUSTUS 1964. aan de bescheiden kant leeft. Hij vertrouwt dat alle betrokkenen con amore aan het open schouwburgbeleid zullen medewerken. Spreker attendeert erop dat het tekort van 258. 077, - gedeelte lijkeen reeds bestaand tekort is, wat blijkt uit bijlage 3 en gedeel telijk een begrotingstekort, hetgeen blijkt uit de bijlagen 1 en 2. De publiciteit dient naar de mening van spreker 's fractie duidelijk en doelmatig te zijn en als het mogelijk is minder duur dan tot dus ver. Dit houdt niet in, dat de publiciteit in omvang kan worden verminderd, zeker niet de eerste jaren. Hij spreekt de hoop uit, dat de overgebleven grote uitkoopvereni ging in het nieuwe beleid een aanleiding zal vinden zich in de rich ting van het open schouwburgbeleid te ontwikkelen, dat zij dus een programma zal bieden, niet naast het programma van de stadsschouw burg, maar georiënteerd binnen het programma van de stadsschouw burg. Met vorige sprekers is hij het ten aanzienvan agendapunt 33 eens, dat hoe meer er inde oude schouwburg wordt geïnvesteerd, hoe ver der de nieuwe schouwburg naar de toekomst wordt verschoven. Dit wordt betreurd. Spreker's fractie is ook van mening, dat het misschien mogelijk is om nog besparingen te vinden op het bedragvan 120.000, -.Spre ker heeft van de heer Van der Werff nog een nieuwtje gehoord.dat het 100-jarig bestaan van het oude gebouw Concordia zal worden gevierd. Dit heeft hij tot dusver nergens gelezen of gehoord. Als het zo is dan zou nog meergeld aan het oude gebouw moeten wor den gespendeerd, hetgeen wel heel jammer zou zijn. De heer MELZER wil de principiële kanvan deze fase nog be zien. Het is bekend dat bij de verdediging van het voorstel in de afdeling nogal wat is tegengesparteld door de raadsleden, die aan wezig waren. Er is toen assistentie - uiteraard van de betrokken wet houder - gevraagd. Het ging om de noodzaak en luxe. De wethou der heeft verteld, dat hem meerdere plannen hebben bereikt en er al enorm is geknepen, wat nu naar voren gebracht is al het mini mum. De bijstand is wel noodzakelijk, daar is niet veel over te zeggen. Als er aan wordt geknibbeld - aldus de wethouder - dan komt er niets meer van terecht. Hier zou spreker voor willen waarschuwen. Naar zijn mening is het nog zo, dat het de gemeenteraad is, die de kredieten voteert en dat het voor burgemeester en wethouders is, het beleid al of niet uit te voeren. Wethouder BASTIAENSEN zegt dat opmerkingen over de rente lasten zijn gemaakt dat uitgegaan moest worden van een annuï teitensysteem. Hij heeft met de afdeling financiën ter secretarie gesproken over het gevolgde andere systeem en men vond het daar de goede manier. Wat hem betreft wil hij zich graag conformeren aan datgene wat de deskundigen als raadzaam voorschrijven en vindt geen enkele reden van het advies af te wijken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 415