14 OKTOBER 1964.
496
buitengewone gastvrouw heeft doen kennen en hun de vruchten der
aarde heeft doen proeven.
Spreker wenst de heer en mevrouw Verschuren geluk en hij wenst
hun toe dat zij nog vele gelukkige jaren in goede gezondheid, zij
het dan niet in Breda maar in Prinsenbeek, zullen mogen doorbren
gen.
De heer VERSCHUREN dankt de voorzitter voor de mooie woor
den, die hij tot hem en zijn vrouw gericht heeft. Hij gelooft, dat
de voorzitter zijn daden hoger heeft aangeschreven, dan dat hij ze
vervuld heeft. Hij heeft zijn best gedaan om iets te kunnen doen
in het belang van Breda en hij heeft dat graag gedaan en als hij straks
in Prinsenbeek woont zal hij toch nog met vreugde terugdenken aan
Breda. Spreker eindigt met de woorden.dat hij Bredanaar zal blij
ven.
De heer BROEDERS merkt op, dat de fractie-voorzitters waar
schijnlijk wel een beetje raar op zullen kijken, omdat hij met hen
afgesproken heeft dat de senior van de raad het woord zou voeren
namens alle raadsleden. Hij had daar ook op gerekend, doch toen
hij evenwel vanavond hier binnen kwam en de senior ontmoette kon
hij deze nauwelijks verstaan; het bleek dat hij zijn stem kwijt was.
Hij dacht toen aan de tweede senior, maar bij navraag bleek dat
de heer Verschuren te zijn. Het was toch wel moeilijk om te vra
gen of de heer Verschuren zelf de speech wilde houden.
Ineen klein comité werd toen uitgemaakt dat spreker het woord zou
voeren.
Degenen die in het raadswerk zitten, aldus spreker, weten dat er
heel wat werk aan is en dat het veel tijd kost. Het is altijd niet zo
prettig als sommige mensendenken en de heer Verschuren heeft dat
werk nu 25 jaar gedaan.
Hij begon te Princenhage en is samen met wethouder Van Haperen
naar Breda overgekomen.
Kenmerkend is, dat hij het gebied waar hij vandaan komt en waar
hij woont, waar hij leeft en waartoe hij behoort, nooit heeft kun
nen verloochenen.
De jubilaris is er, zoals de voorzitter van de raad al terecht heeft
gezegd, altijd bijzonder attent op geweest, dat dit gebied de no
dige verzorging kreeg.
De vragen van de heer Verschuren over de waterlopen waarop hij
regelmatig terugkwam, de kwestie van de wegen etc. het heeft
steeds weer aangetoond dat hij belangstelling had voor dat gebied
en dat hij voor de belangen van dat gebied met zijn bewoners op
kwam.
Spreker mag ook wel zeggen dat de raad hem heeft leren kennen
als iemand die ook belangstelling had voor tal van andere zaken.