517
14 OKTOBER 1964.
gaan n. 1. aanvankelijk/ 7000,- later 18000,-. Toen het voor
stel werd opgemaakt was het college ook inderdaad van oordeel,
dat deze zaak zichzo had voltrokken. Nadien heeft spreker infor
maties gekregen en hij stelt er prijs op in het openbaar te verkla
ren, dat voor het verschil in deze bedragen toch wel degelijk een
verklaring is aan te voeren. De 7000,- hadden n. 1. betrekking
op een voorbereiding tot de aanbesteding van deze 2e fase. Het
bedrag van 18000, - heeft betrekking op het totale honorarium,
alsmede de kosten van het maken van werktekeningen, nodig voor
de uitvoering van het werk. De kosten van die werktekeningen be
dragen ruim 1/3 gedeelte van die 18000,-. Spreker zegt, dat
hij net onredelijk zou vinden tegenover het betreffende architec
tenbureau, als het op grond vaneen verkeerde mening een onjuis
te handelwijze zou worden verweten.
De heer ZIJTREGTOP zegt, dat na de toelichting van de wet
houder er toch nog een enorm groot verschil tussen de aanvanke
lijke raming van 177P00, - en de tegenwoordige raming van
257.000,- overblijft. In de periode van augustus 1963 tot de
cember 1963, een halfjaar dus, zijn de kosten met 50% verhoogd.
In spreker's fractie is de vraag gerezen of door de architect maar
een zeer ruwe primitieve begroting gemaakt is en of deze als een
normale begroting door het college aan deraad gepresenteerd is. Of
is het misschien zo, dat in deze begroting, die op verantwoorde wij
ze samengesteld zou moeten zijn andere fouten dan alleen maar
een verkeerde berekening van het honorarium zijn gemaakt.
Wethouder VERMEULEN beaamt, dat de heer Zijtregtop er ge
lijk in heeft, dat het verschil nogal vrij groot is. Hij wil er ter ver
dediging op attenderen, dat de architect in het beginstadium slechts
een zeer globale raming kan maken en dat het in dit geval een
raming was, gebaseerd op een bepaalde m3 prijs.
Met het vragen van het definitief krediet heeft het college bewust
ewacht totdat de aanneming achter de rug was en de definitieve
osten bekend waren.
Tussen de eerste raming en dit moment is er wel een en ander ge
beurd t.a. v. lonen en prijzen, hetgeen zeker niet over het hoofd
gezien mag worden.
Als er in eerste instantie een raming geweest was van 257.000,-
terwijl achteraf zou blijken, dat het werk maar 177.000,- zou
kosten, dan zou het in feite voor ons college gemakkelijker zijn
geweest om bij de raad terug te komen.
In het stuk staat bovendien, dat O.K.W. met het bedrag akkoord
gaat.
Van daaruit zal wel degelijk gechèqued zijn of het bedrag in ver
band met de vele andere uit te voeren werkzaamheden niet ex
treem hoog is.
De heer TER BERG zegt verheugd te zijn over de verdediging