11 NOVEMBER 1964.
577
sprek met de beide organisaties is voorgesteld een deskundige een
onderzoek te doen instellen naar de mogelijkheden van rationali
satie en efficiency. Van een bestuur is er al antwoord, van het
andere bestuur zijn burgemeester en wethouders het antwoord wach
tende. Het is wel de bedoeling dit in gezamenlijk overleg te doen.
Burgemeester en wethouders zijn er zelfvan overtuigd, dat er naar
wegen moet worden gezocht om een oplossing te vinden, maar
spreker kan op dit moment nog niet zeggen, welke weg moet wor
den bewandeld.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
RONDVRAAG.
De heer VAN DER WERFF zou gaarne twee vragen stellem
De eerste vraag is een dringend verzoek om te trachten de raads
stukken op tijd bij de raadsleden thuis bezorgd te krijgen en deze
op tijd ter visie te leggen.
Spreker zal dit gaarne adstrueren. Vrijdag j. 1. om 13. 00 uur ont
braken aan de ter visie te leggen stukken de agendanummers 9a,
12a, 12b, 25, 27, 32, 38, 44, 46, 47, 48, 49, 50, 51, 52 en
53; bovendien ontbraken alle stukken van het onderdeel openbare
werken, die in een speciale map behoren te liggen, want de map
was er niet,m.a.w. 6, 7, 9b, 9c, 28, 29, 30, 33, 35en45wa-
ren niet compleet. Bovendien ontbrak op maandagmorgen stuk no.
48, terwijl no. 53 veel later is binnengekomen; daaraan ontbrak
het geadviseerde ontwerp-besluit, dat overigens wel ter visie is
gelegd. Spreker meent met deze opsomming te onderstrepen dat
deze gang van zaken voor alle raadsleden wel bijzonder bezwaar
lijk is. Het raadslidmaatschap is wellicht een wat vreemde vorm
van vrije tijdsbesteding, maar het moet ook nog kunnen. Men
stelt zich verantwoordelijk voor dit werk, maar dan wil spreker
die verantwoordelijkheid ook gaarne kunnen dragen. Als spreker
eerder in de vergadering zich wat scherp heeft geuit naar aanlei
ding van bepaalde punten, die aan de orde waren, dan kwam dit
wel ten dele doordat hij het gevoel had dat het werk bijna niet
meer te doen was, omdat de stukken zo laat en zo ongeregeld ter
visie liggen.
Het tweede punt betreft het schilderen van lantaarnpalen. Het is
een heel nuttig werk; er wordt een open bestelwagentje bij ge
bruikt, waarop een tamelijke hoge ladder. Deze lijkt vrij stevig -
spreker heeft het eens gevoeld - maar hij vraagt zich toch wel met
enige zorg af, in hoeverre de veiligheid van de op deze gemon
teerde stelling werkende schilders gewaarborgd is. De vragen zijn:
wordt dit schilderwerk in gemeentedienst, dan wel in opdracht van
de gemeente uitgevoerd