584
25 NOVEMBER 1964.
ledige erkenning van de belangen van de ambtenaren, regelmatig
de aandacht heeft van Uw college.
Het is zeker geen eenvoudig vraagstuk. Doch het lijkt me mo
gelijk, dat in de veranderde situatie van Breda een tijdige oriën
tatie en aanpassing geboden kan zijn, waarbij ik me afvraag of de
verantwoordelijkheden en bevoegdheden duidelijk zijn vastgesteld
en welke taak is toegekend aan de wethouder, belast met perso
neelszaken.
Bepaalde aspecten van hetgeen ik hiervoor heb gezegd, gaan
mijns inziens uit boven de taak, die is toegekend aan de Commis
sie van Overleg.
Uiteraard speelt bij mij bij dit alles mee, de vraag naar effi
ciency, doelmatigheid en beperking van de uitzet van het budget.
Ten overvloede merk ik op, dat ik ervorig jaar reeds op gewe
zen heb, dat een streven naar perfectionisme dient te wordenvoor-
komen, waarbij ik aanteken, dat ook de raad daarvan bepaalde
consequenties dient te aanvaarden.
Subsidies.
Een ander belangrijk gegeven bij de kritische beoordeling van
de uitzetting van het budget is de subsidiesector. Ik meen dat daar
bij drie belangrijke onderdelen onderkend kunnen worden.
-Er zijn subsidies, die afgevoerd kunnen worden, omdat het nut
daarvan niet meer aanwezig is of waarbij de gemeente slechts zij -
delings of in het geheel geen direct belang heeft, en ook, omdat
werkzaamheden die met gemeentesubsidies mogelijk werden ge
maakt, geen steun meer nodig hebben of waarvan op andere wij
ze - bv. door subsidiëring door andere overheidsorganen - de uit
geven kunnen worden gedekt.
Een kritische beoordeling blijft noodzakelijk, waarbij in ver
schillende gevallen van gemeentewege ook een zelffinanciering -
o. a. door verhoging van contributies en bijdragen - gestimuleerd
zal dienen te worden.
Dit laatste geldt overigens niet alleen voor gesubsidieerde or
ganisaties en instellingen, doch zeker ook voor die activiteiten,
die door de gemeente zelf, of onder verantwoordelijkheid van de
gemeente - ik denk hierbij o. a. aan de culturele sector - worden
uitgevoerd.
-Daarnaast blijft echter de noodzaak bestaan, om nieuwe activi-