635
25 NOVEMBER 1964.
Waarom is de wethouder toch zo bang te voorschijn te komen met
een "standpunt" betreffende fluoridering van het drinkwater? Of is
hij bang "overijld" te werk te gaan, zoals 'zijn collega over het te
snel laten verschijnen van een cultuurnota opmerkt? Wanneer de
omslag van de begroting als bevolkingscijfer op 1 januari 1964
114. 859 zielen aangeeft enU in Uw antwoord op het centraal rap
port op blz. 35 op dezelfde datum aangeeft 114. 866 inwoners, mag
ik dan vragen zijn er 7 inwoners zonder ziel of leefden hier 14 ge
spleten zielen op diezelfde le januari 1964
Is het niet typisch, dat een politieman in uniform het rijden door
rood licht niet kan constateren
Komt dat door de klep van zijn uniformpet
En klinkt het niet wat overdreven om op blz. 41 van Uw antwoord
op het centraal rapport aan te geven, dat er 1.132 nieuwe wonin
gen geschikt zijn voor de huisvesting van negen personen, terwijl
een "prettige" bewoning eigenlijk niet meer rechtvaardigen dan
5, hooguit 6
In een van de dagbladen mijnheer de voorzitter heeft men mij
een taai-puritein genoemd. Ik geloof dit als een compliment te
mogen opvatten.
Dat alle typefouten in Uw antwoord op het centraal rapport met de
pen verbeterd zijn, doet weldadig aan. Dat wij ons gekeerd hebben
tegen het woord vredesrampen, is geloof ik, goed.
Het deelnemingspercentage voor Breda aan het V. H. M.O. in ver
gelijking met andere steden, doet ook op dit terrein het beste ho
pen.
Graag wil ik nog een lans breken voor het volgende.
Namen van oude buurtschappen, die overgenomen worden voor nieü-
we stadswijken, zouden eigenlijk niet gemoderniseerd moeten wor
den.
Indien gewenst zal ik dit op een ander tijdstip en wellicht op een
andere plaats gaarne nader toelichten.
Tenslotte mijnheer de voorzitter spreekt men altijd over de ver
houdingen. Ikvan mijn kant, heb hier niet veel over in het midden
te brengen.
Ik zou willen vragen: "kan het beter?"
Eèn enkel voorbeeld: Als wethouder Vermeulen enkele malen be
paalde zinsneden of woorden in een voorstel laat staan om mij "de
kins" te geven om ook eens wat te zeggen, is dat geen bewijs van
een primabegrijpen van elkaar
Ik dank mijnheer de voorzitter Uw gehele college, de secreta
ris, de hoofden van dienst en al Uw ambtenaren voor datgene wat
zij deden voor de "leefbaarheid" van Breda en voor de ontvangen
hulp in de uitoefening van mijn raads-lidmaatschap over het af
gelopen jaar.