654 26 NOVEMBER 1964. van staanplaats volkomen verantwoord is. Het ligt in de bedoeling in de vergadering van december een definitief besluit te nemen. Voor het compliment door de heer Quadekker gemaakt over de uitvoerfng van de begrotingsstukken mag spreker dankzeggen. Hij spreekt de hoop uit dat de ingezette teruggangvan de omvangvan de schriftelijke behandeling ook in de toekomst zal voortgaan. De mening, dat er een zekere automatisme zou bestaan bij de be oordeling van de tariefsverhogingen door het ministerie van eco nomische zaken, is niet juist. Ook gemeentelijke tariefsverhogin gen worden kritisch beoordeeld. Dat de industrie hierbij het zwaarst getroffen wordt, onderschrijft hij niet. Het is het strevenvan bur gemeester en wethouders een zo goed mogelijke spreiding te ver krijgen, evenals dit het geval is bij de reinigingsrechten. Inzake de aanleg van de aardgasleiding kan spreker opmerken dat de leiding komende vanuit Boxtel vermoedelijk medio 1965 in Breda komt. Dit is wellicht iets eerder dan verwacht werd omdat buiten verwachting de leiding van Boxtel tot Hilvarenbeek nog dit jaar wordt doorgetrokken. Een juiste datum is voor Breda nog niet aan te geven. Op de meest eenvoudig mogelijke manier zal een leiding naar de Belcrumpolder worden gelegd, omdat het de be doeling is dat alles op gasgebied - dus ook propaaninstallatie - daar bij elkaar gebracht zouden worden. Hiervoor is een volledige planning nodig en zal worden opgemaakt in overleg met de direc tie van de gasunie en zijn technische dienst. Daarbij zal zoveel mogelijk worden getracht te voorkomen dat niet alle straten in de stad worden opgebroken. Misschien is met name de heer Quadekker een beetje verontrust omdat hij de laatste tijd nogal wat opbrekin gen heeft gezien. Eigenlijk niet voor het aardgas op zich, maar voor het rondmaken van de middendrukleiding. Deze is nu rond, hetgeen gelukkig is omdat veel gemeenten zover nog niet zijn en leidingen hebben die nu niet volkomen betrouwbaar zijn en welke gemeenten op het ogenblik nog datgene moeten doen wat Breda al de laatste jaren gedaan heeft. Overgaand op de bespreking van de huisvuilophaaldienst kanspre ker zeggen dat de vorm van deze dienstverlening inderdaad een probleem gaat worden. Alle aandacht wordt aan dit aspect reeds besteed. Op te merken hierbij is dat de krapte op de arbeidsmarkt de bottleneck is. Het geconstateerde verschil in inwonertal is inderdaad bevreem dend, doch is verklaarbaar, in dit verband zou hij willen zeggen: in het veen van cijfers, kijkt men niet op een turfje. De motie door de heer Vis ingediend is door de laatste gebeurtenissen feite lijk achterhaald en is niet in zijn tekst houdbaar. Zij kan dus niet volledig worden ingediend, zelfs misschien niet in gewijzigde vorm.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 654