26 NOVEMBER 1964. 673 Toch zal men verder moeten zien en ook moeten handelen. De moeilijkheid daarbij is veelal het geld. In de bouwverordening is ter zake een bepaling opgenomen, waardoor de mogelijkheid aanwezig is om verkeer-aantrekkende objecten te verplichten te zorgen voor eigen parkeergelegenheid. De heer Vis heeft voorts gevraagd of het geen tijd werd een verkeersplanoloog aan te trekken. Hierop kan spreker zeggen dat er misschien wel geen echte verkeersplanoloog is, maar bij de dienst van openbare werken is een staffunctionaris, de heer Van Katwijk, werkzaam die zich in het bijzonder met verkeersvraag- stukken bezig houdt. Met degenen die hebben gezegd, dat het niet minder dan een ramp zou zijn als het hoogspoorplan niet door zou gaan, is spreker het eens. Hij wijst op het feit dat dan de onderhanden zijnde tunnel niet zou worden afgebouwd, dat het ongelukkig overwegje aan de Vucht- straat blijft bestaan, dat het hele uitbreidingsplan Hoge Vucht moei lijk doorverbinding krijgt doordat de Doornboslaan geen goede aan sluiting krijgt en dat de Markkade nooit tot een oplossing komt. Spreker kan zich niet goed voorstellen dat - gegeven het feit dat de raad zeer onlangs de overeenkomsten inzake het hoogspoor plan met de spoorwegen heeft goedgekeurd - de raad plotseling met andere gedachten naar voren komt. Er is immers gesteld dat het hoogspoorplan weggedaan kan worden, er zijn bij de gemeente zoveel knappe mensen in dienst, die kunnen echt wel iets goedko pers uit de bus laten komen, dat misschien wel net zo goed is. Dit is naar spreker's mening discontinuiteit in het beleid, welke hem weinig aanspreekt. Het is hem ook niet bekend hoe men op de gedachte kan komen dat er mensen in dienst zijn die zo knap zijn dat zij dit ineen handomdraai op een andere wijze beter kun nen regelen. Dit is een eigenlijkvolkomenteverwerpen gedachte. Allen moeten achter het hoogspoorplan blijven staanomdat de ont wikkeling van de wijken in het noorden van de stad steeds bedui- dender in omvang toeneemt. Op het ogenblik is er nog maaralleen de tunnel aan de Terheijdenseweg, waardoor al het verkeer uit de ze wijken de stad kan bereiken, met alle narigheid vandien. Het zou bijzonder onverstandig zijn als ook maar een moment zou wor den getwijfeld met het doorzetten van het hoogspoorplan. Overigens is het niet zo dat de gemeente daar/ 40. 000. 000, - gaat investeren. Dit is 10. 000. 000, - en de spoorwegen geven in de rest een bij drage. Over verkrijging van andere middelenis er nog overleg met gedeputeerde staten en de rijksoverheid gaande.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 673