705 26 NOVEMBER 1964, Dan komt spreker nog eens terug op de motie van de heer Vis, Spreker heeft begtepen, dat de heer Vis genoegen neemt met de mededeling, dat burgemeester en wethouders de teneur van de mo tie overnemen. Spreker zou eigenlijk willen voorstellen de motie om te buigen tot een adres van burgemeester en wethouders, althans van het gemeen tebestuur, en dan niet in algemene, maar meer concreet op Breda toegespitste, teksten, om deze te brengen, waar ze behoren. In samenwerking met de afdeling financiën zou dit kunnen worden toegespitst op de Bredase situatie, speciaal ten aanzien van het norm- getal van 150. 000 als verfijningsgrond. Wethouder MEIJS zal de sprekers beantwoorden in de volgorde, waarin zij hebben gesproken, De heer Broeders verwacht, dat de begroting voor 1965 nog wel eens mee zou kunnen vallen en dat het allemaal niet zo somber lijkt, als het wordt voorgesteld. Hij baseert zijn mening op het feit, dat 1963 gunstig was en 1964 geen verlies zal opleveren, en zelfs mis schien nog enige winst. Dat moet in elk geval nog worden afgewacht. De belastingverrui ming, die een bedrag van betekenis zou moeten opleveren, komt niet in 1965, Daar komt dan nog bij, dat de uitkering uit het ge meentefonds 400.000, - hoger is geraamd, dan de inlichtingen daarover toelaten. Dan vervalt er nog een garantie-uitkering van 250. 000, -, zodat er op het ogenblik sprake isvan een risico-be drag van rond 650. 000, De heer BROEDERS wijst er op, dat inde memorie van antwoord zelf is gesproken over gebruik maken van verruimingvan het belas tinggebied. Wethouder MEIJS meent, dat hieraan is gedacht tentijdevan het samenstellen van de begroting, maar meer concrete gegevens over het tijdstip daarvan zijn nog niet bekend, maar wel dat dat niet meer in 1965 zal zijn. Er is dus een risico van 6,5 ton, waar dan eventueel nog eens 20. 000, - bijkomt voor een perschef. Dat het rioolrecht opnieuw een lastenverhoging in een snel tem po betekent moet worden erkend. Het zou natuurlijk veel prettiger zijn als deze gehele belastingver hoging achterwege had kunnen blijven. De heer Quadekker heeft het juist gehoord, dat spreker het be treurde, dat de gemeente nog geen belasting op het inkomen kan heffen. Het is echter niet in die zin bedoeld; spreker wilde zeggen; helaas moet worden voorgesteld om andere belastingen te verhogen om tot een sluitende begroting te komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 705