12 FEBRUARI 1964. 70 den ontplooid. Nu is er een nieuw actief bestuur gekomen, die met veel pijn en moeite de moeizame stap neemt om 1. 000, - sub sidie te vragen, omdat zij reeds twee jaren tot grote activiteiten kwamen. Het is daarom naar spreker's mening vrij kinderachtig van burgemeester en wethouders om dan slechts de helft van het gevraagde subsidie beschikbaar te stellen. Hiermede kan het be stuur nu juist niets beginnen. Spreker zou gaarne weten waarom burgemeester en wethouders dit hebben gedaan. Wethouder MEIJS meent dat hij voor het beantwoorden van de vraag van de heer Quadekker vrij kort kan zijn omdat de heer Qua- dekker reeds een gedeeltelijke beantwoording in zijn vraag gege ven heeft door op te merken dat de raad verschillende jaren een subsidie van 1.500, - beschikbaar stelde. Deze opmerking is verder aan te vullen met de mededeling dat wegens het ontbreken van enige activiteit door de raad het subsi die is ingetrokken. De heer Quadekker zegt dat er thans een nieuwe situatie is ontstaan omdat er nieuwe activiteiten worden, ontwikkeld. Burgemeester en wethouders nemen dit ook aan en hebben het vertrouwen dat dit zal gebeuren en dat de vereniging nieuw leven is ingeblazen. Toch me nen burgemeester en wethouders voorzichtig te moeten zijn en even af te wachten tot de bewijzen van de activiteiten er zijn. Spreker moet de heer Quadekker gelijk geven wanneer hij zegt dat de vereniging met 500, - subsidie niet zoveel activiteiten kan ontplooien dan met 1. 000, -. Hij meent dat dit voor de hand ligt doch hij gelooft wanneer devereniging met dit subsidie van 500, - goede activiteiten ontwikkelt, burgemeester en wethouders ervan overtuigd zijn dat de vereniging volgend jaar 1.000,- subsidie waard is en zij de raad met des temeer genoegen dit dan zullen voorstellen. Hij is van mening, dat de beschikbaarstelling van het voorgestel - desubsidie ad 500,-als een eerste gebaar moet worden beschouwd en laat het bestuur waarmaken, waarvan de heer Quadekker voor zichzelf reeds de overtuiging heeft, dat haar activiteiten een sub sidie van 1. 000, - billijken. De heer QUADEKKER zou het op prijs stellen, indien het betoog van de wethouder letterlijk werd genotuleerd. Hij noemt dit een pracht betoog. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 18. KREDIET AANLEG BUSHAVEN IN DR. STRUYCKENSTRAAT EN OUDE VEST. 19. DIVERSE VERZOEKEN INGEVOLGE ARTIKEL 72 DER LAGER ONDERWIJSWET 1920.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 70