27 NOVEMBER 1964. 745 De heer BROEDERS zegt, nogal eens een advertentie te lezen waarin staat: "Samen naar de film, gezellig.'" Hij vond het ech ter helemaal niet gezellig. Juist vorig jaar is afgesproken, dat de ze materie in het senioren-convent besproken zou worden en dat is inmiddels gebeurd. De heer VIS zegt, dat hij dat in eerste instantie al gesteld heeft en dat de heer Broeders daar niet bij is geweest. Hij zou er niet over gesproken hebben als de heer van der Werff dat niet gedaan had. Na de woorden van de heer van der Werff vond hij het echter no dig er nog een paar woorden over te zeggen. De heer BROEDERS kan daar inkomen, doch het verbaasde hem, dat dit nu weer aan de orde is gekomen, daar het toch in alle fracties bekend was, dat het in het senioren-convent besproken is. In het senioren-convent werd afgesproken, dat men deze zaak zou laten rusten. Gezien deze afspraak had spreker het juist gevonden, dat, als er over gesproken zou worden, minstens de senioren daar van op de hoogte waren geweest. De heer KOERTSHUIS zegt de wethouder zeer erkentelijk te zijn voor zijn uitvoerige uiteenzetting met betrekking tot de ver keersmoeilijkheden enz. Hij onderschrijft hetgeen de heer Qua - dekker heeft gezegd ten aanzien van de controle van parkeerme- ters en parkeerschijven. Verder zegt hij dat het niet in zijn be doeling heeft gelegen te komen tot het opruimen van groenstroken. Veeleer heeft hij daarbij gedacht aanhet gestelde door de wethou der n. 1. dat er vroeg of laat wel aan die groenstroken geknabbeld zou moeten worden. Verder meent spreker dat er op het nieuwe kermisterrein geen par- keerborden staan en dat er in de stad ook geen verwijzingsborden naar dit terrein zijn. Hij vraagt of dit alsnog bevorderd zou kun nen worden. Verder vraagt hij nog op het terrein parkeervakken aan te brengen voorzover dit nog niet gebeurd is. De VOORZITTER zegt van mening te zijn, dat deze bespre king nu de gehele formele kant heeft gevolgd en hij gelooft niet, dat hij er nog verder op moet ingaan. Tot de heer Vis zegt hij, dat zowel de afschaffing als de handhavingvan de filmkeuring ge heel op het terrein van de gemeentelijke autonomie liggen. Spreker kan de heer van der Werff niet toezeggen, dat uiterlijk in september e.k. deze materie aan de orde zal worden gesteld, omdat het college zich met de nakeuring helemaal niet in moei lijkheden bevindt. Over randgevallen zou de bioscoopcommissie wellicht hele memoires kunnen schrijven, omdat van de moderne jeugd de leeftijd niet te schatten is. Het wil spreker voorkomen, dat de commissie zich in grensgevallen van tussenkomst onthoudt. Dit kan in ieder geval geen aanleiding vormen tot het invoeren identiteitskaarten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 745