12 FEBRUARI 1964.
74
op dit bestuur zou kunnen terugvallen, acht spreker het juist dat de
Bredase gemeenteraad, voortkomende en gekozen uit de burgerij,
over kan gaan tot benoeming van bestuursleden.
Dit neemt echter niet weg dat de K. V. P. fractie geen begrip zou
hebben voor een andere opvatting. Er zal begrip voor elkanders op
vattingen moeten zijn en de fractie erkent dat men er anders over
kan en mag denken.
Spreker wil ook niet stellen, dat de raad en burgemeester en wet
houders altijd feilloos gemanoeuvreerd hebben. Echter moet hij
wel stellen dat zijn fractie en eigenlijk de gehele gemeenteraad
dit vraagstuk met de meeste ernst heeft benaderd. Men heeft ken
nis genomen van de stukken.
Men heeft uitvoerig daarover beraadslaagd. Men heeft er veel tijd
aan besteed. Men heeft getracht de kwestie niet emotioneel maar
zakelijk te benaderen. Men heeft veel geduld gehad in de gehele
kwestie en men is bereid geweest om zo ver als mogelijk is mede
te gaan met het compromis, wat alsnog tot een oplossing zou kun
nen leiden.
Spreker wil hierop nog nader ingaan, omdat hij hierbij een zeer
merkwaardige publikatie in "de Stem" van heden heeft gelezen
onder de titel "muziekschool". In dit artikel staat o.m."pogin
gen tot het verkrijgen van een compromis werden telkens doorkruist
door nieuwe debatten, waarin allerlei prestige-kwesties ontston
den". Als hij nu de feiten nagaat dan blijkt dat van de kant van de
gemeenteraad en van burgemeester en wethouders zo lang er een
mogelijkheid tot compromis bestond de kwestie niet in de open
baarheid is gebracht. Thans mag hij rustig in de openbare verga
dering zeggen dat zolang er een mogelijkheid tot compromis aan-
wezigwas de zaak niet in de openbaarheid is gebracht. De raad heeft
over deze zaak gezwegen en geduld beoefend.
Het stichtingsbestuur daarentegen heeft dit niet gedaan. In een pu
blikatie van 6 december 1963, waarbij een jaarverslag wordt uit
gegeven, wordt een scherpe aanval op wethouder Bastiaensen ge
daan. De wethouder zou op4 juli 1963 een toezegging gedaan heb
ben en deze niet zijn nagekomen.
Spreker zou hierover gaarne nadere informaties hebben.
In het jaarverslag wordt de kwestie in de publiciteit gebracht. Spre
ker noemt het gekozen moment daarvoor een zeer ongelukkig mo
ment.
Tevens leest hij in dit verslag dat er bij het bestuur weinig begrip
voor de andere opvatting bestaat. Het is zelfs zo dat daarin be
paalde dingen staan, die bepaald gekleurd genoemd kunnen wor
den.
Spreker ziet op de eerste pagina van dit verslag dat het bestuur
poogde de fractie van de gemeenteraad op de merkwaardige gang
van zaken te wijzen. Dit geschiedde ten aanzien van de grootste
fracties echter tevergeefs. Hij vraagt zich af waarop dit slaat. De
stichting heeft elk raadslid de uitvoerige publikaties doen toekomen.
Dit wordt op de 2e pagina vermeld. Terugkomende op de medede
ling van pagina 1 is spreker van mening dat dit niet tevergeefs is
geweest en dat men alle raadsleden heeft kunnen voorlichten.