793 27 NOVEMBER 1964. Men kan zich indenken dat de vereniging een veel breder program ma zou kunnen brengen, dan ze doet. Aan die kant is hiervoor volledig begrip en daarom moet spreker met nadruk zeggen dat hij het jammer zou vinden indien bij het bestuur van de vereniging "Concordia" de indruk zou ontstaan dat de gemeenteraad en burgemeester en wethouders deze door de heer Mendes uitgesproken woorden zou onderschrijven. Hij moet dat beslist bestrijden. De heer van der Werff heeft gesproken over het subsidiënten-over- leg en er op geattendeerd dat de drie jaar ongeveer voorbij zijn. Inderdaad, zo zegt spreker, is in het subsidiënten-overleg reeds ter sprake geweest, dat de zaak opnieuw geregeld zal moeten wor den. Dit overleg is een moeilijke aangelegenheid omdat wethou ders en een lid van gedeputeerde staten bij elkaar moeten komen, die allen een volgeboekte agenda hebben. Spreker wil niet verzwijgen dat binnen het subsidiënten-overleg verschil van mening bestaat over bepaalde zaken. In het afgelo pen seizoen is er enige malen vergaderd moeten worden tot diep in de nacht over de kwestie Proloog. Als dergelijke zaken aan de orde zijn dan moet een andere zaak blijven rusten. Deze zaak moest echter aan de orde komen, want ook de provin cie moet weten waaraan ze toe is. In de begroting is aangenomen dat de verhoudingen nog even ge handhaafd moeten blijven. Spreker geeft echter de gemeenteraad de verzekering dat burgemeester en wethouders in het subsidiën ten-overleg zullen blijven hameren op de mening, dat de verhou ding gunstiger voor de steden zal moeten worden. De hoofdschotel waarover door de verschillende raadsleden is ge sproken, is de cultuurnota. Daarbij werd verondersteld dat burge meester en wethouders een neiging tot perfectionisme hebben, want spreker zou de vorige keren gezegd hebben dat er vele nieu we zaken zijn en dat er tijd moet zijn deze te bestuderen. Dit is natuurlijk waar, maar hij wil er ronduit voor uitkomen dat burge meester en wethouders dit jaar de tijd ontbroken heeft om deze zaak grondig te bestuderen. Bovendien zal de raad begrijpen dat er dit jaar bepaalde werkzaamheden zijn geweest die op veel tijd van èn de wethouder èn van burgemeester en wethouders èn van de gehele ambtelijke staf hebben gelegd. Burgemeester en wethouders hopen dat er nu eens een jaar aanbreekt, waarin een survey over alles wat cultuur betreft ter hand kan worden genomen. Spreker kan niet toezeggen dat de gemeenteraad dit jaar de cul tuurnota krijgt. Slechts kan hij beloven dat dit jaar begonnen zal worden met het schema en dat schematisch de zaak zal worden bestudeerd. Wel licht dat er dan binnen niet al te lange tijd een bepaald schema in ruwe trekken ter tafel kan worden gebracht. De suggestiesgedaan door de heren MendesKroon en van der Werff behoeven niet te worden herhaald.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 793