27 NOVEMBER 1964. 800 De heer QUADEKKER heeft de heer Kramer horen zeggen dat wethouder van Bijnen met diverse pluimages spreekt. Dit is inder daad zo, want de wethouder heeft ook een vogeltentoonstelling ge opend. Spreker had echter alleen de aandacht van burgemeester en wethou ders willen vragen voor een groot centrum dat ligt bij het Mastbos aan de Dr. Batenburglaan en de Burgemeester de Manlaan. Op dit centrum is de atletiekvereniging "Sprint" gehuisvest en er wordt hockey gespeeld. Hij vraagt aan burgemeester en wethouders of zij hun bemiddeling zouden willen verlenen bij het verkrijgen van een telefoonaanslui ting op dit centrum. Er is een buurman van dit centrum die altijd voor telefooncentrale fungeert. Deze vindt het niet erg om dit te doen, doch op den duur wordt het toch wel lastig. Wethouder VAN BIJNEN zegt dat verschillende sprekers compli menten hebben uitgesproken aan het adres van de ambtenaren van het bureau sportzaken en de sportstichting. Hij is het daarmede vol komen eens en zou gaarne de sportstichting voor het voetlicht wil len brengen. In de sportstichting is het particuliere initiatief ver tegenwoordigd en in deze stichting wordt bijzonder goed werk ge daan. De heer Koertshuis heeft gevraagd of burgemeester en wethouders aan sporthallen of aan sportzalen denken. Men kan natuurlijk aan deze gebouwen allerlei namen geven, doch spreker heeft "de" sporthal juist sportcentrum genoemd om daar door een onderscheid aan te duiden tussen de sportzalen of gymna stiekzalen. Deze laatste zal hij dan maar sporthallen noemen. Het formaat hiervan blijft echter, wat de heer Koertshuis denkt, die inderdaad op verschillende plaatsen in de gemeente kunnen worden gebouwd. Met de dienst van openbare werken heeft spreker reeds verschillende plaatsen in de stad bekeken. Spreker is door de heer Kramer geprezen voor het overleg en hij dankt hem voor zijn waardering. De jeugd is inderdaad in deze tijd een groep uit onze maatschappij waaraan veel aandacht moet worden besteed en waarmee veel over leg nodig is om te weten te komen hoe de jeugd het zou willen. Hij is van mening dat de jeugd niet moet worden geleid, maar be geleid. Het doel van het jeugdcentrum is te denken over deze problemen en op welke wijze de jeugd in alle sectoren van jeugdzaken, zoals sport, spel, recreatie, cultuur en onderwijs kan worden voorgelicht. In deze kringen moet men denken en burgemeester en wethouders zijn erin geslaagd mensen te vinden die daar echt interesse in heb ben. Spreker hoopt, dat burgemeester en wethouders en de ambte naren van de secretarie ook de nodige tijd zullen kunnen vinden. Het zal daarom de vraag zijn, of ook niet overgegaan moet worden tot aanstelling van een jeugdconsulent.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 800