16 DECEMBER 1964. 836 41. TARIEFVERORDENING CENTRALE ANTENNE-SYSTEEM. De heer TER BERG heeft uit het voorstel gelezen datburgemees- ter en wethouders de ontsierde elementen van de T. V.-antennes in de nieuwe stadswijken willen gaan voorkomen door de aanleg van een centraal antennesysteem met de verplichting voor de huur ders van de woningen om daarvoor huur te betalen. Men zou over dit voorstel verheugd kunnen zijn, ware het niet dat de bestudering van de stukken bij spreker enkele vragen hebben opgeroepen. De stichtingskosten van deze installatie is per woning samengesteld uit installatie kosten en bijkomende kosten. De installatiekosten zijn in de stukken vermeld, doch de bijkomende kosten zijn moeilijk te beoordelen, ofschoon ze bijna 60°jo van de installatiekosten be dragen. Hij verzoekt burgemeester en wethouders om bij volgende uitbrei dingsplannen de bijkomende kosten in de bouw op tenemen endaar- door zullen zij beslist minder hoog zijn. Spreker vraagt aan burgemeester en wethouders hem duidelijk te maken waarom bij de berekening van de huur niet uitgegaan is van de stichtingskosten per woning van 170,-. De huurberekening is n. 1. gebaseerd op 200, - per woning. Tenslotte vraagt spreker zich af waarom men van een afschrijvings termijn van 10 jaar is uitgegaan, terwijl de centrale overheid voor een woningwetwoning een afschrijvingstermijn van 50 jaar voor schrijft. Het lijkt hem dat er hier een wanverhouding ligt. Hij wil toegeven dat erbij een centraal antenne-systeem onderdelen zijn die in kor te tijd moeten worden afgeschreven; doch dat is slechts een gering deel van de totale bouwkosten. In hoofdzaak is dit de centrale an tennemast, waarvan het denkbaar is dat men die in vijf jaar zal moeten afschrijven. Het overgrote deel van de investeringen heeft een veel langere le vensduur. Dit zou kunnen betekenen dat de thans gecalculeerde huurprijs belangrijk minder kan zijn. Omdat de vaste lasten van de burgerij toch al onrustbarend stijgen meent spreker dat het op de weg van de gemeenteraad ligt er voor te zorgen dat de vaste lasten beslist niet hoger worden dan noodza kelijk is. Wethouder MEIJS zegt dat de heer Ter Berg de stichtingskosten hoog genoemd heeft. Hij merkt echter op dat deze veel lager kun nen zijn bijflatbouw. Hierbij kan worden aangenomen dat de stich tingskosten niet meer dan 100,- per aansluiting zullen bedragen. Ni°t vergeten mag worden dat voor de laagbouw veel grondkabel nodig is, die zeer kostbaar is. Spreker gelooft dat daarin dan ook het verschil zit met wat de heer Ter Berg berekend heeft. Hij is uit gegaan van hoogbouw, terwijl in Breda de laagbouw overheerst. Het verschil in afschrijving van 10 jaar en 50 jaar lijkt een beetje op een wanverhouding. Hier staat echter tegenover dat de woning-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 836