83
12 FEBRUARI 1964,
klaard, dat het niet op de wegvan de gemeente ligt, zowel via de
pers als via folders, reclame te maken voor een gemeentelijke
school, zelfs als die nieuw gesticht wordt.
Spreker ziet op die gronden als enige reclame een eenmalige ad
vertentie in de plaatselijke bladen, waarin het bestaan van de school
wordt aangekondigd en de inschrijving van leerlingen wordt open
gesteld. Hij ziet dan ook de toekomst van de gemeentelijke school
voor wat het aantal leerlingen betreft, somber in.
Hij is historicus en geen jurist. De volgende vraag zou hij daarom
gaarne aan de aanwezige juristen willen voorleggen. Stel dat 1 sep
tember de twee muziekscholen beginnen. Bestaat dan de mogelijk
heid dat het niet meer gesubsidieerde en volkomen onafhankelijke
stichtingsbestuur zou gaan procederen tegen de oprichting van een
gemeentelijke school wegens schade, die de bestaande school be
rokkend wordt? Bestaat de mogelijkheid dat het bestuur begrippen
in het geding brengt zoals de zorg van een goed huisvader op het
moment dat het gemeentebestuur een tweede school oprichtte en
daarmede de bestaande school doorkruiste? Zou het bestuur in het
beleidsvlak een daad van willekeur in het geding kunnen brengen?
Spreker weet het niet, maar hij zal bijzonder verheugd zijn als in
deze openbare vergadering gesteld kan worden.dat het onomstote
lijk vaststaat dat dit voorlopig nog academisch proces in elk geval
door het gemeentebestuur gewonnen wordt. Zijns inziens in dubio
abstine en daarom wil hij nog enkele suggesties doen naast de con
clusie van deze nota.
In de afgelopen maanden is de commissaris van de koningin zo
vriendelijk geweest als commissie van goede diensten te fungeren.
Uiteraard is hij allereerst bij het algemeen beleid betrokken en kan-
hij zich slecht,tot op zekere hoogte in deze onverkwikkelijke af
faire mengen. Hij betreurt het, zoals de vorige sprekers dit betreurd
hebben en zoals dit ook door burgemeester en wethouders betreurd
wordt dat de overeenstemming niet bereikt is» Dit wil hij gaarne
voorop stellen.
Maar nu denkt hij terug aan die conflictologie - 'n nieuwe weten
schap - waar hij zo juist over gesproken heeft en hij denkt tegelijk
terug aan de middeleeuwen. Bij een controverse tussen twee stre
ken of steden koos men wel eens een protagonist. Men legde zich
bij voorbaat bij de afloop neer.
In verband met het door spreker besprokene over de risico's voor
de gemeente Breda, vraagt hij of het mogelijk zou zijn dat beide
zich zouden onderwerpen aan een bindend advies van een arbitra
ge commissie, bestaande uit drie deskundigen. Indien deze gang
van zaken ware te verwezenlijken en daaruit een enigermate bevre
digend resultaat zou kunnen voortvloeien dan zal het Bredase mu
ziekonderwijs uit de omstreden sfeer geraken, waarin het nu al ja
ren verkeert.
Zou dit geen oplossing brengen, dan verzekert spreker burgemees
ter en wethouders en de raad dat er maandenlang nog ellende over
deze kwestie zal zijn en dat de gemeente Breda misschien de risee