12 FEBRUARI 1964. 94 naming. Hij gelooft dat het een al te klakkeloze vertaling is van het woord f tourUtofficier"/. De heer MENDES heeft zich verwonderd dat in het preadvies vermeld staat: "Daar het hier een zeer speciale opleiding betreft zal het Uw raad duidelijk zijn dat in deze richting praktisch geen organisaties van patroons en werklieden worden aangetroffen.Spreker dacht dat er zeer verscheidene organisaties, in ieder geval van patroons op dit gebied zijn nl. alle reisbureaus, reisverenigingen, toeristen vervoersondernemingen, reclamebureaus e. d. Wat de werknemers betreft had naar zijn mening toch wel advies gevraagd kunnen wor den aan organisaties van beambten en van hoger personeel. Spreker wilde nog even naar voren brengen dat hij een beetje scep tisch staat tegenover deze opleiding. Als hij het rapport van Prof. Rutten leest dan ziet hij daarin dat de meeste vakken toch ook door bestaande onderwijsinstituten worden gegeven, behalve dan waar schijnlijk die specifieke onderwijsonderdelen als toerisme en re clame. Naar zijn mening hebben de mensen, die nu in deze sec tor werken allen hun opleiding gehad in de praktijk. Wanneer hij nu eens een vergelijking maakt tussen het personen- en goederenvervoer dan gelooft hij dat het goederenvervoer veel belangrijker is dan het personenvervoer. Indien spreker denkt aan de tienduizenden mensen die bij het goederenvervoer werkzaam zijn bv. in de zeehavens, bij de rederijen, de cargadoors, de ex pediteurs, aan de grenzen en nog op tal van kantoren in het binnen land en bovendien bij de vervoersondernemingen zoals de spoor wegen dan kan hij zich voorstellen dat al deze mensen niet een specifieke opleiding hebben gehad voor hun beroep maar alles heb ben geleerd'in de praktijk. Een specifieke opleiding voor dit be roep komt hem erg moeilijk voor omdat het een geweldig dyna misch vak is met voortdurend wijzigingen, nieuwigheden, ophef fingen enz. Spreker zou zich voor kunnen stellen dat iemand van dit instituut afkomstig, in de praktijk gaat, toch weer achter is met zijn ken nis. Hij wilde op dit aspect even de aandacht van burgemeester en wethouders vestigen. De heer VAN DER WERFF gaat het als de heer Vis. Hij zit te popelen om het bijzonder knappe rapport van Prof. Rutten in de tails te bespreken, want er zit naast een bijzonder goede opzet van deze theoretische school, ook de praktische kant van de school in dit rapport verwerkt. Hij vindt tochwelenige puntenin hetrapport waar een kanttekening over te plaatsen zou zijn. Hij gelooft echter dat het niet de bedoeling van burgemeester en wethouders is ge weest, dat hier het rapport van Prof. Rutten verder aan detail kri tiek zou onderworpen worden. Spreker komt hetvoor dat dit rapport voor deze "nijverheidsschool" een bijzonder knap uitgangspunt is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 94