12 FEBRUARI 1964.
pri jsverhogingen tijdiger in het plan kunnen worden verwerkt. Hier
op is naar spreker's mening wel een kanttekening te maken, die
hij bij de begrotings behandeling ook al gemaakt heeft, maar die
hij, nu het investeringsplan officieel aan de orde is, wil herhalen.
Het plafond van9| miljoen gulden per jaar is natuurlijk eenwerk-
bedrag.
De raad zal zich echter wel moeten realiseren dat in de toekomst
dit bedrag wel groter zal moeten zijn. Daarom acht spreker het
nuttig dat het investeringsplan in zijn geheel flexibel is opgesteld.
Als het overzicht van 1963 tot 1973 bekeken wordt, dan kan daar
mede een globaal beeld verkregen worden van het beleid dat inde
komende jaren gevoerd zal worden. Spreker's fractie kan zich met
de algemene opzet van dit investeringsplan verenigen, waarbij dus
duidelijk wordt gesteld dat het niet als een vast schema wordt be
schouwd.
Spreker wil omdat het hier niet alleen gaat om de financieel-tech-
nischekant maar ook de beleidskant erbij betrokken is, gaarne een
tweetal opmerkingen maken.
Dit betreft op de allereerste plaats de kosten genoemd onder B 1
en B 9.
Dit zal de raad en burgemeester en wethouders niet verwonderen,
omdat in het verleden reeds een vrij uitvoerige discussie heeft plaats
gehad over de prioriteit van het gemeentehuisen de stadsschouwburg.
Spreker zou hierover thans geen discussie willen hebben. Hij meent
wel dat als gevolgvan de destijds gehouden discussie het toch be
ter zou zijn om deze projecten als een geheel te beschouwen. Hij
meent dat dit toen ook zo besproken is en dat toen het mooie woord
"civic-centre" is uitgevonden» Spreker gelooft dat het een goed
woord is ofschoon het uit een vreemde taal komt. Het geeft echter
wel goed weer wat er mede bedoeld wordt.
Spreker is van mening dat voor het zuiver stellen van de hele si
tuatie het zuiverder zou zijn dit plan als één post op het investe
ringsplan op te nemen. Het is niet bekend wat de schouwburg zal
gaan kosten, want het plan houdt in 1973 op en voor het totale plan
zal er in de daarna komende jaren nog voldoende gereserveerd
moeten worden. Daarom gelooft hij dat het beter is het plan van
het civic-centre als een geheel te beschouwen.
Ook juist met het oog op de consequentie van de discussie die des
tijds in de raadsvergadering is gevoerd.
Vervolgens wil spreker nog een kleine opmerking maken over de
schoolinstructiebaden. Het is natuurlijk niet zo dat er maar even
tjes in het plan geschoven kan worden, daarvoor is de hele materie
veel te ingewikkeld. Spreker wil daarom niet voorstellen, om één
van de schoolinstructiebaden, die naar de smaak van zijn fractie
veel te ver naar achteren zijn geschoven, naar voren te schuiven.
Al is spreker volledig op de hoogte dat er de zwemsituatie betref
fende nog heel veel andere dingen gebeuren, toch zou hij in het
bijzonder willen wijzen op de moeilijke situatie die er bestaat bij
het leren zwemmen. Spreker is van oordeel, dat bij een verdere