126
24 MAART 1965.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
43. HET VERLENEN VAN TOESTEMMING TOT VESTIGING VAN HET
ZAKELIJK RECHT VAN UITWEG OP EEN PERCEEL GROND GELEGEN
AAN HET NOUTENHOF AAN G.STRUIVER.
44. HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN
HET HERSTEL VAN EEN DOOR BRAND GEDEELTELIJK VERWOESTE
WONING.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
45. VASTSTELLING VAN DE REDACTIE VAN EEN SCHRIJVEN VAN DE
GEMEENTERAAD AAN DE BEVOEGDE INSTANTIES OVER DE FINAN
CIËLE SITUATIE VAN DE GEMEENTE.
De heer VIS zegt, dat dit voorstel een uitvloeisel is, van het raads
besluit, dat genomen werd naar aanleiding van een door hem ingediende
motie, waarin hij zijn ernstige bezorgdheid ten aanzien van de finan
ciële situatie van Breda in het bijzonder en van de gemeenten in het al
gemeen tot uitdrukking bracht. Hij heeft met voldoening van het voor
stel kennis genomen en wil daaraan toevoegen, dat het college nog iets
verder is gegaan dan het door de raad genomen besluit. Zijn verzoek
was uitdrukkelijk in ieder geval ndmens de raad een adres te zenden en
het verheugd hem bijzonder dat het zelfs een adres vdn de raad is ge
worden; hij gelooft, dat het daardoor aan kracht wint. Spreker heeft zich
afgevraagd of dit adres de destijds ingediende motie voldoende weergeeft.
Over het algemeen vindt hij, dat dit wel het geval is. Hij heeft ook
veel waardering voor de deskundige wijze waarop het adres is opgesteld.
Spreker wil eerst een tweetal opmerkingen omtrent hoofdzaken maken
om daarna nog een aantal opmerkingen van ondergeschikt belang naar
voren te brengen.
In de destijds door hem ingediende motie heeft hij heel sterk op de voor
grond gesteld, dat de situatie, waarin de gemeente verkeert, voor een
belangrijk deel is ontstaan door het te lage aandeelpercentage van het
gemeentefonds. In het adres treft hij dit wel aan, doch naar zijn gevoel
op een wat ondergeschikte wijze. Op de eerste bladzijde ziet hij, dat
wordt vastgesteld, dat er een financieel beleid wordt gevoerd, waarbij
de consequenties van de nieuwe regeling volledig zijn aanvaard en dat
dit betekent, dat met grote inspanning is gestreefd naar een sluitende
begrotingsopzet. Op deze plaats had spreker al willen aangeven, dat de
hoofdzaak is, dat het aandeelpercentage te laag is geweest, omdat dat
naar zijn gevoel, en dat is ook in de motie tot uitdrukking gebracht,
toch wel de belangrijkste oorzaak is. Hij zou door het daar al te noemen
wat meer nadruk op de hoofdoorzaak willen leggen.
De tweede naar spreker's gevoel belangrijke zaak is, dat de stijging van
de uitkeringen uit het gemeentefonds volgens de regering, het nu demis
sionaire kabinet, niet mocht uitgaan boven het nationale inkomen. In
het adres wordt teveel vergeleken met de rijksuitgaven, hetgeen hij bij
de begrotingsbehandeling bewust niet heeft gedaan. De twee laatste
alinea's op blz. 3 zouden naar zijn mening kunnen vervallen, terwijl het
eind van de samenvatting ook wat gewijzigd zou moeten worden.