164
12 MEI 1965.
KOERTSHUIS, A.B.KRAMER, A. KROON, A. W.VAN LOON, J. M. LOUS,
J. MARIJNISSEN, F.J. MELZER, A. MENDES.J. A. MEIJS, P. F.C. NIEUW -
LAAT, J. H. M. QUADEKKER, D.J. RENOOIJ, A. SPANJER, J. F. V.VER
MEULEN, J. VERSCHUREN, DRS. P.VIS, DRS. Y. P. W. VAN DER WERFF.
Afwezig: Mevrouw M. W.B. A.van Mierlo - Mutsaers en de heren: H.
Biemans, J. M.van Bijnen, N. W.C. van Gisbergen, W.van der Zwan en
Drs. N. H. Zijtregtop.
Voorzitter: de heer Mr. Dr. R. M„ A. A. GEULJANS.
Secretaris: de heer Drs. J. P. A. VAN DEN DAM.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit,
waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde
voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van: mevrouw van Mierlo
en van de heren Biemans, van Bijnen, van der Zwan en Zijtregtop.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda.
1. NOTULEN van de raadsvergaderingen van 17 februari en 24 maart
1965.
De notulen van 17 februari 1965 worden ongewijzigd vastgesteld.
De heer VAN DER WERFF verzoekt het woord "kwasterig" op blz.
130 der notulen van 24 maart 1965 tussen aanhalingstekens te plaatsen,
omdat het woord doelt op een der uitspraken van de heer Kwast, gedaan
bij de opening van een jaarbeursfestiviteit te Utrecht.
De VOORZITTER merkt op dat niet altijd begrepen kan worden of
al dan niet met aanhalingstekens wordt gesproken.
De heer VAN DER WERFF zegt dat de heer Vis heeft gezegd: "Als er
al van een reclameballon gesproken mag worden, dacht hij, dat die
dan wel in deze vergadering is opgelaten". In het oorspronkelijk sten
cil stond er tevens het woordje "ook" en spreker mist het nu node.
De VOORZITTER is van mening dat het de gewoonte is dat alleen
over de eigen tekst wordt gesproken. Hij wil het aan de heer Vis laten
om in zijn tekst eventuele wijzigingen aan te brengen. Hij vreest an
ders te ver van huis te komen.
De heer VIS zegt dat het woordje "ook", wat hem betreft, niet no
dig is.
De heer VAN DER WERFF zegt dat tijdens de discussie, waaruit de
door hem geciteerde zin is gelicht, door de voorzitter is gevraagd - en
dit staat ook in de notulen op bladzijde 133 - of men er mee akkoord
ging dat die brief van het college uit zou gaan. Hiervoor was spreker's
