204 23 JUNI 1965. h Bovendien heeft het onderwijs het recht te zeggen dat dit niet doetèn de gemeente zou dan aan dit onderwijs geen verwijten kunnen maken. Wel echter zou de gemeente geconfronteerd worden met de mogelijke meerkosten bij het volledig toepassen van de factor 1 15/17, terwijl de nodige ruimten nodig voor het geven van gymnastiekonderwijs niet aan wezig zouden zijn. Zou men inderdaad overgaan tot het aanstellen van leerkrachten voor de volle factor, dan zouden met het aanstellen van deze leerkrachten toch ook wel moeilijkheden ondervonden worden. Het hanteren van de factor 1{ en geen gentleman's agreement is, zo zegt spreker, becijferd op een bedrag van 190. 000, - per jaar. Uit het gemeentefonds krijgt de gemeente een normuitkering voor onder- wijs. Het invoeren van vakonderwijs betekent d/tfs het dragen van eigen kosten. Hiervoor wordt geen bijzondere uitkering ontvangen. De vraag van de heer Zijtregtop betreffende het aantal uren vakonderwijs dat elders boven en beneden de rivieren wordt gegeven kan spreker niet zo maar uit de mouw schudden. Na een in te stellen onderzoek zijn de ze cijfers wel te krijgen. Het is hem echter wel bekend dat in de grote steden boven de rivieren grote bedragen uit de algemene middelen ten behoeve van het onderwijs worden besteed. Hoe dit echter is ten aanzien van het vakonderwijs weet hij niet. Er zijn nog zo veel andere mogelijkheden om uit de algemene middelen ten behoeve van het onderwijs te putten. Een bekend voorbeeld is, zo zegt spreker, de kwestie van de concierges aan de scholen in Haarlem, die thans wederom afgeschaft moeten worden, omdat ook Haarlem moet zoeken naar bezuinigingen om de begroting sluitende te houden. Spreker kan zich voorstellen dat bij de raadsleden de vraag opkomt waar om nu ineens van 15 naar 7 uur wordt teruggedraaid. Hij kan hierop ant woorden dat thans beter het aantal verplichte leerkrachten aan het open baar onderwijs kan worden vastgesteld. De hoofden van scholen hebben uitdrukkelijk verklaard dat zij de handhaving van het aantal uren nuttige handwerken op prijs stelden. In ieder geval wordt hieraan niet getornd. Wat het gymnastiekonderwijs betreft is het gemeentbestuur dur gegaan naar het restant van de factor, hetgeen neerkomt op 7 uren en dar bete kent dus 2x3 kwartier gymnastiek per klasse in de 4e, 5e en 6e klasse. Er dient nog op gewezen te worden, zo zegt spreker, dat de ruimtelijke consequenties van het gehele plan op dit moment kan worden opgevan gen. Voor het openbaar onderwijs en de daarmede samenwerkende bij zonder onderwijs-instellingen betekent dit 41 uren, die kunnen worden gegeven in de ruimten die de gemeente zelf ter beschikking staan. Met het overige onderwijs is overleg gepleegd. Dit zijn de bekend/ronde tafelconferenties, die ieder jaar plaats hebben. De enige moeilijkheid hierbij is momenteel het Brabantpark, omdat daar nog weinig accommodatie aanwezig is. Wanneer echter de sporthal ge reed zal zijn zal dit gebrek aan ruimte ook zijn opgelost. Het voorstel van de heer Vis om een m.o. -leraar aan te stellen, die de klasse-onderwijzers zou kunnen begeleiden bij het onderwijs in lichame lijke opvoeding zou naar spreker's mening tot een mogelijkheid behoren indien het aantal aan de gemeente toebehorende scholen of met de ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 204