207
23 JUNI 1965.
gemeester en wethouders de zaak nog eens willen overwegen, omdat er
andere streken zijn in Nederland waar in deze richting met veel succes
wordt gewerkt, thans aan de bijzondere scholen mede te delen dat inde-
ze richting wordt gedacht. Het zal dan in de toekomst wellicht gemakke
lijker worden de zaak terug te draaien om dan daarvoor het andere systeem
in de plaats te stellen.
Omdat hij echter in laatste instantie met dit idee is gekomen acht hij het
niet mogelijk om burgemeester en wethouders te vragen het voorstel aan
te houden. Hij vindt het echter van zo grote betekenis, ook gezien van
de pedagogische kant, dat hij dit toch gaarne burgemeester en wethouders
ter overweging zou aanbieden.
Wethouder BASTIAENSEN zegt dat het zonder meer duidelijk is dat
thans beslist moet worden of wèl of niet de factor lf zal worden toege
past en het is ook zonder meer duidelijk dat de onderwijsinstituten zich
hieraan zullerj/tcvoloren bij hun besluit. Maken zij gebruik van de factor
li dan is daar verder niets meer aan te doen. Het is daarom een hache
lijke zaak om eerst de factor li vast te stellen en dan met een groep van
het onderwijs te gaan praten, die duidelijk te kennen heeft gegeven het
benoemingsbeleid ten aanzien van het aanstellen van vakleerkrachten zelf
in handen te willen nemen en ook groot genoeg is om de totale voorzie
ning te regelen.
Spreker wil wel toezeggen de door de heer Vis gedane suggestie in gedach
te te willen nemen en daar naspeuringen te laten doen, maar niet aan el
kaar verbonden n. 1. de factor li en de begeleidende m. o. -vakleerkracht.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
20. SUBSIDIE PER BREDASE LEERLING AAN BESTUREN VAN BUZONDERE
DAGSCHOLEN VOOR V. H. M. O.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten.
21. SUBSIDIE IN KOSTEN LOGOPEDIST(E) VOOR PROT. CHR. L.O. M. -
SCHOOL.
De heer KROON deelt mede, dat de raad juist uitvoerig heeft gedis
cussieerd over het tot stand komen van een bepaalde factor, waarbij is
uitgegaan van het aantal uren vakonderwijs gedeeld door het aantal leer
krachten, die men beschikbaar heeft. Deze constructie heeft zijn instem
ming.
In dit voorstel is echter ook sprake van vakonderwijs aan de b. 1. o. -school
en thans wordt een ander systeem gevolgd. Burgemeester en wethouders
hebben hier de constructie gedacht om per aantal leerlingen een bepaald
aantal leerkrachten toe te wijzen.
De school die onlangs is gestart blijkt in de behoefte te voorzien en heeft
op het ogenblik 4 leerkrachten. De school heeft een logopedist aange
vraagd voor 4 uren naar rato van het aantal leerkrachten.
De constructie, die burgemeester en wethouders hebben uitgevonden komt