219
23 JUNI 1965.
De bewoners van die woningen kunnen de kelders, die gebruikt worden
voor het doen van de was of voor de opslag van alle mogelijke zaken,
niet benutten. Vorige week is hem bij voorbeeld medegedeeld dat een in
een kelder opgeslagen t.v. -toestel door de wateroverlast volkomen waar
deloos is geworden.
Spreker wijst erop dat de bewoners van de woningen de kelders niet kun
nen gebruiken. In feite betekent dit dus dat zij woonongerief hebben.
Daarom wil hij burgemeester en wethouders dringend verzoeken te doen
nagaan om afdoende voorzieningen te treffen en zo dit niet mogelijk is
dan ruiterlijk toe te geven dat het onmogelijk is hier een oplossing voor
te vinden.
De heer VAN GASTEL zegt dat op verzoek van de raadsleden de ru
bricering aan de kop van de raadsvoorstellen is vervallen. Om praktische
redenen vraagt hij burgemeester en wethouders namens vele van zijn frac
tie-genoten te willen overwegen deze rubricering op de agenda en in de
notulen wèl te willen vermelden. Het wordt n. 1. voor de raadsleden wel
een moeilijke zaak achteraf een bepaald stuk op te zoeken. De gehele
agenda van een raadsvergadering moet n. 1. dan doorlopen worden.
De heer LOUS zegt dat er tussen het Dr. Ariënsplein een verbindings
straat (naamloos) is met de Dr. Struyckenstraat, waarbij met een bord is
aangegeven, dat er niet met motoren en auto 's gereden mag worden.
Toch wordt dit veel gedaan, wat een gevaar inhoudt voor de kinderenen
de bewoners van deze straat. Hij vraagt aan burgemeester en wethouders
of het mogelijk is paaltjes te plaatsen, zodat het rijden met auto's en mo
toren daar onmogelijk wordt.
Vervolgens zegt spreker dat de bewoners van de Kalkoenstraat vaak veel
last hebben van de blauwe damp die daar vrij regelmatig door een ijzer
gieterij wordt verspreid. Hij vraagt burgemeester en wethouders of aan dit
euvel iets kan worden gedaan.
Tenslotte zegt spreker dat in het Belcrumkwartier ruim een half jaar ge
leden nieuwe lantaarns zijn geplaatst. Tot op heden zijn op enkele stra
ten na, daaraan nog geen armaturen aangebracht. Gaarne zou hij van bur
gemeester en wethouders vernemen of hiervoor een reden is en zo niet of
deze dan zo snel mogelijk kunnen worden aangebracht.
De heer VAN DER WERFF deelt mede, gaarne vragen te willen stellen
naar aanleiding van de beantwoording van de vraag van de heer van Loon
betreffende de aanleg van de parkeergarage, zowel ten aanzien van de te
volgen procedure als ten aanzien van het concrete geval.
Hij vraagt of met betrekking tot de procedure burgemeester en wethouders
de gang van zaken wel gelukkig acht, waarbij wel afwijkende wijzigin
gen van raadsbesluiten worden besproken en door burgemeester en wethou
ders worden toegestaan, maar waarbij de raadsleden hiervan niet tijdig in
kennis worden gesteld?
Achten burgemeester en wethouders de vrees van spreker ongegrond dat de
raadsleden zich hierdoor genoopt zullen voelen in het algemeen belang
een nog veel groter gebruik van de rondvraag te maken?
Omtrent de concrete situatie vraagt spreker in hoeverre het "op hun ande
re zijde leggen" van de ventwegen consequenties heeft voor de riolering