245 14 JULI 1965„ Zeer positief kan spreker de heer Vis verzekeren, dat de bejaardencon sulent een eigen plaats heeft in het onderzoek en dat hij ook bij de com - missie van overleg, die als werkcommissie geformeerd zal worden, minstens vermoedelijk zal optreden als notuleur, doch in elk geval de besprekingen zal meemaken. Hij zal altijd de centrale figuur zijn, die belast wordt met het doorspelen van de gegevens naar de verschillende instellingen van maatschappelijke zorg. Over de samenstelling van de werkcommissie moet spreker nog in het ongewisse blijven. De stichting bejaardenwerk heeft zich wel volledig akkoord verklaard met het onderzoek, doch de samenstelling van de commissie werd nog niet aan de orde gesteld. De bedoeling is wel deze commissie samen te stellen uit personen, die na mens een of ander instituut op dit terrein zitting hebben in de stichting bejaardenwerk. Het zou bijvoorbeeld niet wel denkbaar zijn dat de kruisverenigingen daarbij niet tegenwoordig zouden zijn. De medede ling over de bereidheid van de artsen op pagina 2 van voorstel 38 had ook volgens spreker wel wat duidelijker kunnen zijn. Er is een zeer posi tieve instelling bij de artsen. Er is bij hen een zeer loyale houding en zelfs een zeker enthousiasme over het onderzoek bespeurd. Met hen zal nog wel eens gesproken moeten worden over de mogelijkheid van sprei ding van patiënten als er ergens knelpunten zouden ontstaan. Voor de benaming "periodiek systematisch onderzoek" kan spreker slechts een simpele verklaring geven. "Periodiek" omdat het onderzoek aan periodiciteit gedurende 4 jaar gebonden is en "systematisch", omdat het onderzoek leidt naar een vooropgezet wetenschappelijk voorbewerkt systeem. De benaming is gegroeid in de loop der jaren en het college heeft zich daarbij misschien niet voldoende kritisch afgevraagd of die term wel helemaal aansluit bij de doelstelling van het onderzoek. Op een vraag van de heer Vis kan spreker mededelen dat de geriater, die bij de eindbeoordeling optreedt niet dezelfde zal zijn als de geriater, die met de plaatselijke leiding belast wordt. Hij kan de heer Vis verder volgen, waar deze ten aanzien van de constructie zegt, dat deze ietwat verwrongen is. Tegen de achtergrond van de jurisprudentie die nog rond artikel 88 A. B. W. moet groeien, heeft het college dit de meest veilige weg gevonden om het onderzoek te doen starten. Er is slechts één bar rière te nemen en dat is de goedkeuring van gedeputeerde staten. Ten aanzien van de vraag van mevrouw van Mierlo wat de bejaarden willen kan spreker slechts zeggen, dat de bejaardenbonden er volledig achter staan. Het onderzoek aan huis is zodanig opgezet, dat de nodige apparatuur in de auto kan worden meegenomen en bovendien is daar assistentie van een zuster bij aanwezig. Als het college de vraag zou moeten beantwoorden hoe het vermogen van het Oude Mannenhuis van origine in elkaar zit, dan blijft hij daar op het antwoord schuldig. Hoe het ontstaan is is niet bekend. Aangezien niets te bewijzen valt meent het college dat de minister van justitie niets zal kunnen aanvoeren op grond waarvan hij zijn fiat aan dit besluit zou moeten hechten. De heer BROEDERS is de wethouder erkentelijk voor diens uitvoerige toe lichting. Over een tweetal zaken wil hij nog iets vragen. Er is iets ge zegd over de voorlichting van en door de pers. In het algemeen stelt hij, dat hij er geen bezwaar tegen heeft, dat de pers aan de gemeenschap voorlichting geeft t. a.v. zaken, die nog in de raad beslist moeten wor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 245