270 11 AUGUSTUS 1965. stroming waar de gemeente volkomen buiten staat. In het andere geval kan men zeggen dat er een fout gemaakt is. Burgers kunnen vaak niet beoordelen of het een fout is. Dat is nu pas bekend. In deze kwestie zijn al eerder vragen gesteld. Als men dus in het ene geval te weten is ge komen dat het een kwestie is van ongelukkige ligging van een straat, dan komt men een volgende maal zo maar niet op het idee dat hier sprake zou zijn van een fout of van schuld van de gemeente. Zijn vraag was nu of de gemeente in soortgelijke gevallen met de mogelijkheid van claims rekening heeft gehouden, gezien het feit dat zij zich al tot de W. A. - verzekering heeft gewend en of de mogelijkheid dit bekend te maken - al of niet in strijd met de polis - aanwezig is. Spreker zou het bijzonder waarderen als dit spoedig gebeurde, waardoor voor alle partijen een veel duidelijker situatie komt te ontstaan. Voor het geval er een lange tijd overheen gaat kan betrokkene altijd het gevoel hebben dat hij geen ver goeding heeft gekregen omdat het zo lang duurde en een en ander niet meer aantoonbaar was. Als er tijdig een informatie was gegeven welke mogelijkheden de bewoners hadden dan was de situatie naar zijn mening aan alle kanten veel juister en duidelijker komen te liggen. Of dit uit lokken is weet hij niet, veel interpretaties zijn mogelijk. Zelf mag spreker als W.A. -verzekerde ook geen claims uitlokken, maar hij mag wel in voorkomende gevallen zeggen dat hij voor W.A. is verzekerd, waarmede dan gezegd wil worden dat een claim ingediend kan worden, waarna de verzekeringsmaatschappij wel zal beoordelen of al dan niet wordt uit gekeerd. Wethouder VERMEULEN is het persoonlijk met de gedachtengang van de heren Broeders en van de Eeden eens; de situatie is echter dat er nu niet geclaimd is en zelfs nadrukkelijk is gezegd zich van schadevergoe ding te distanciëren. De heer BROEDERS vraagt of de gemeente toen de schade was ver oorzaakt - gezien de laatste alinea - de bewoners er op heeft geatten deerd dat er een mogelijkheid was de aantoonbare schade te claimen. Wethouder VERMEULEN antwoordt uiteraard niet te durven zeggen, wat de mensen die met de gedupeerden in contact zijn geweest wel of niet gezegd hebben. Hij zou er persoonlijk geen bezwaar tegen hebben om, ingevolge de interpretatie van de heer Broeders, tegen de mensen te zeg gen dat zij kunnen beginnen met hun schade te claimen. Hij acht dit een vrij normale gang van zaken. Het feitelijke van de situatie is nu echter zo dat of de mensen van de diensten die contact gehad hebben met de bewoners er al of niet op hebben geduid dat er een mogelijkheid bestaat de schade te claimen, hij dit niet durft te bevestigen of te ont kennen. Het is in ieder geval wel een feit dat de gemeente zélf direct dit accident bij de verzekeringsmaatschappij heeft gemeld. Men zou geneigd zijn te zeggen dat als de gemeente dit direct heeft gemeld, het voor de hand ligt dat de mensen na het contact gewezen zouden hebben de schade te moeten claimen. Dit is niet gebeurd, nadrukkelijk is de schade niet geclaimd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 270