309
15 SEPTEMBER 1965.
Uit de lijst van voorstellingen - de heer Mendes heeft daar al op gewezen - 5 Met
blijkt dat Proloog 15 maal in Breda is opgetreden, maar nooit voor deniet- mee
schoolgaande jeugd. Dooi
Dit houdt in, dat per schoolvoorstelling ruim f 1,000, - wordt uitgegeven spre'
voor Proloog. Spréker's fractie acht dit teveel. de p
zaal
De heer KRAMER wil, aansluitend op het betoog van de heer van der derd
Werff, stellen, dat hij nog niet is overtuigd van het nut van Proloog, hoe- Spre
wel men inderdaad wel een jaar moet draaien om de juiste norm te kunnen stan<
weten.
Spreker vreest toch, dat de onderwijswereld niet zo gelukkig is met Proloog.
Spreker blijft vrees uitspreken met betrekking tot de toekomstige ontwikke- opm
ling van Proloog en daarom gelooft hij, dat er maar eens verandering moet van
komen. Dat
Als men een stel kinderen tot de orde moet roepen kan men verschillende tijds
pedagogische taktieken toepassen; spreker dacht, dat men in deze dan maar Bred
eens hard zou moeten zijn en duidelijke taal spreken. paal
Eigenlijk was die vorig jaar al duidelijk, maar hij is nog niet duidelijk ge- wat
noeg geweest. Nu i
Spreker's fractie is dan ook tegen deze extra verhoging. kan
Als de wethouder heeft gesproken over een gewijzigde verdeelsleutel meent gun;
spreker, dat er een misverstand dreigt. Het gaat er niet om, wat de gemeen- stan
te bij moet dragen, maar om wat Proloog behoort te doen. jaar
Verder wil spreker het aan de raad over laten in hoeverre over het voorstel
behoort te worden gestemd, maar spreker wil thans al zeggen, dat hij vóór
het onder b gestelde is, maar tegen a. het
een
De heer BROEDERS wil op de gehele kwestie niet uitvoerig ingaan, maar bedi
er is ergens bij hem een probleem van procedure, dat hij zeer belangrijk nen
acht. Bij het aanvaarden van het subsidie van vorig jaar was het natuurlijk gaa
wel bekend - en daar heeft men hele verhalen van gehoord - dat er bepaal- gevi
de risico's werden genomen. Mei
Aan de andere kant is wel gebleken, dat door Proloog te weinig aandacht tent
is geschonken aan het destijds door de raad van Breda ingenomen standpunt, dez
zoals dit aan het subsidientenoverleg kenbaar is gemaakt. Het standpunt van ZOu
spreker's fractie is nu wel bekend. Deze is nu in de aanloopperiode bereid Ma<
met het voorstel van burgemeester en wethouders mede te gaan, maar dan de
wel met de duidelijke restricties, zoals die door de heer Gielen en ook de van
wethouder zijn genoemd. Als nu dit standpunt wordt vastgelegd moet de de s
raad er ook zeker van zijn, dat er nota van wordt genomen. Het is voor de aan
raad niet mogelijk een verantwoorde politiek te voeren, tenzij zowel de Er i
raad, als degene, die aan een begrotingsregeling is gehouden, zich daar- dat
aan houden. gen
Dit is terug te vinden in de formulering van de heer Gielen. Er zijn echter ker
omstandigheden, die een uitzetting van de begroting tengevolge kunnen ond
hebben, zoals algemene loon- en salarismaatregelen, waaraan deze vere- Spr<
niging zich niet kan onttrekken. Maar voor de rest dient men zich te hou- voo
den aan een vooraf vastgestelde begroting. Deze gedachte zou spreker toch len
wel bijzonder aan alle bevoegde instanties namens de raad van Breda, zo Het
deze daarmede instemt, kenbaar willen maken. Dar
van