380 17 NOVEMBER 1965. Deze zijn er later bijgekomen nu er gebouwd moet worden. In verband daarmede vraagt hij zich af of de stedebouwkundige situatie ter plaatse niet anders moet zijn als daar in frequente mate hoge woonge bouwen komen. Met name denkt hij aan de situatie, dat de verhouding tossen binnen en buiten heel anders geworden is. Als men lager woont heeft men direct contact met de buitenwereld en met deze gebouwen is dat contact er eigenlijk niet. Hij heeft het gevoel, dat de stedebouwkundige situatie daaraan aangepast dient te worden en dat toen de plannen voor de Hoge Vucht door de raad werden goedgekeurd dit aspect daarin niet voldoende verwerkt was. De heer VIS zegt, dat zi jn fractie bijzonder veel waardering heeft voor dit voorstel, omdat het weer een mogelijkheid biedt om in de toekomst eens van de woningnood af te komen. Hij wil daaraan toevoegen.dat weer duidelijk blijkt, dat gemeen overleg tussen het college en de raad in bijzondere gevallen toch wel van bijzonder grote betekenis is, want juist uit dit overleg is dit voorstel voortgekomen. Wat ook belangrijk is, zegt spreker, dat dit de eerste keer is, dat te Breda industriële bouw zal plaatsvinden. Het komt hem voor, dat thans met gebruikmaking van de nieuwe voorschriften een woningtype is verkregen, dat voldoet aan de zeer hoge eisen, die momenteel gesteld moeten worden. Belangrijk acht spreker het ook, dat thans overgegaan is tot de bouw van complexen met een liftinstallatie; ook stedebouwkundig zal dit wel overwogen zijn, meent hij. De laatste tijd zijn alleen eengezinswoning- wetwomngen gebouwd en naar zijn mening bestaat ook aan deze wonin gen een heel grote behoefte. Daarom stemt hij geheel met het voorstel in zoals het is voorgelegd. De heer VAN DEN EEDEN zegt, dat het college zich wellicht herinnert, dat hij een hele tijd geleden eens gevraagd heeft of de mogelijkheid niet aanwezig was om wat grotere woningen te bouwen. Hij vraagt nu, of bij de opzet van dit plan de mogelijkheid onder ogen is gezien om er wat grotere woningen in onder te brengen. Wethouder VERMEULEN zegt, dat het college met de raad verheugd is, dat het er eindelijk in geslaagd is ook te Breda gebruik te maken van de industriële bouwmethode, die boven en buiten het bouwcontingent om gaat en dat het plan is goedgekeurd door de H. I.D. voor wat de curveprijs betreft. Aanvankelijk was dit een vrij moeilijke zaak. Als men bedenkt, dat de hoeveelheid woningen in de industriële sector die beschikbaar was 2000 bedroeg voor 1965 en dat gedeputeerde staten schrijven, dat er nog pas 600 in aanbouw zijn, dan blijkt daaruit wel, dat het geen eenvoudige zaak is om de industriële bouw in de woningwetsector tegen de curveprijs rond te krijgen. De heren ter Berg en Vis hebben gezegd verheugd te zijn over het feit, dat gebruik is gemaakt van de mogelijkheid om deze woningen te bouwen vol gens de nieuwe wettelijke voorschriften en dat ongetwijfeld het woongenot door de grotere ruimte groter is. Aan de heren ter Berg en Zijtregtop antwoordt spreker, dat hij in de afde ling reeds gezegd heeft, dat de opmerking over de situering van de blok-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 380