16 DECEMBER 1965, 487 spanningsleiding in het prachtige gebied die als ze daar zou blijven nog als een belemmering gaat opleveren voor het daar leggen van een goed stedebouwkundig plan. Dat is dus een van die dingen, waar nog aan ge dokterd moet worden. Uiteraard is de PNEM hierover al benaderd om te trachten deze hindernis in dit gebied op een of andere wijze daarbuiten te brengen, maar voordat bekend is of hieraan eventueel iets is te doen is er de moeilijkheid van de stadsontwikkeling en moet rekening worden ge houden met dit obstakel in dat gebied. Voor wat de woningbouw betreft heeft de heer Quadekker enkele vragen gesteld en dat zijn vragen, die inderdaad hout snijden en die niet alleen het gemeentebestuur van Breda voor zich ziet, maar die ook in het parle ment zijn gesteld bij de behandeling van de rijksbegroting. Het is zo, dat de nieuwe premiebeschikking in feite nog niet bekend is, zodat het ren dement voor deze belegging nog altijd een vraag is. Verwacht mag wor den dat, nu de begroting van volkshuisvesting aan de orde is, onmiddel lijk daarna de premieregeling wel bekend zal worden en dat dan ook de beleggers zich kunnen beraden over de gevolgen van deze nieuwe premie regeling met betrekking tot de rentabiliteit. Op het moment is dat dus nog niet mogelijk. Een veel groter euvel,en dat is eigenlijk primair, is de rentestand die ongetwijfeld een remmende invloed zal hebben, zowel in de vrije sector als in de premiesector. Ook dat is niet een probleem, waar Breda alleen mee zit. Spreker is bijna geneigd te zeggen, dat de concrete situatie in Breda misschien nog wel in gunstige zin afwijkt van de algemeen landelijke situatie, omdat er in twee bouwteams beleggers zijn betrokken, waardoor de vrije sectorbouw in dit verband is veilig ge steld. Ook de minister maakt zich op dit punt zorgen en het zou er wel eens toe kunnen leiden, dat de produktie van 65. 000 woningen in de vrije- en premiesector niet gehaald zal worden. Spreker kan de heer Quadekker overigens wel verzekeren, dat burgemeester en wethouders de ontwikkeling op dit punt van nabij zullen blijven volgen en waar het nodig mocht zijn het beleid zullen aanpassen aan de eventueel dan noodzakelijke situatie. De heer Quadekker heeft ook gezegd, dat hij een groot voorstander is voor een tweede luxe flat la Markhoek en dat daaraan zeer zeker een grote behoefte bestaat. Spreker heeft in principe niets tegen het verschij nen van een tweede luxe Markhoekflat, maar er is nu eenmaal geenkeu ze met het oog op de optimale benutting van het bouwcontingent. Daar om is het maar weinig zinvol aan de desbetreffende instantie te zeggen: gaat U maar plannen ontwerpen, terwijl men voorshands weet, dat dit kosten veroorzaakt en dat men niet in staat is waar te maken, dat men zoiets kan gaan bouwen. Mogelijk biedt de toekomst in dit opzicht meer mogelijkheden. De heer Quadekker heeft een overzicht gegeven van wat er in Breda allemaal tot stand is gebracht. Hij heeft gewezen op de centrale wijkver- warming en op het centraal antennesysteem. Spreker is het volledig met hem eens. Er moet echter nog veel gebeuren, maar dit houdt verband met de produktiestromen, die op gang zijn. Als men met dergelijke "bouwpak ketten" gaat werken is een dergelijke produktie een haalbare kaart.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 487