499
16 DECEMBER 1965.
van bewust dat deze niet zijn af te dwingen. Hij begrijpt dat wethouder
van Boxtel alle aandacht zal schenken aan alle problemen die daarme
de samenhangen.
Hopelijk zal dan de gemeente stimulerend kunnen optreden.
Bij de algemene beschouwingen heeft spreker naar zijn mening begrip op
gebracht voor de onderhandelingspositie waarin de gemeente verkeert in
de kwestie van fluoridering van het water. Hij heeft dan ook gevraagd om
in het komende begrotingsjaar de raad op een of andere wijze in te lich
ten. Dat wil dan niet zeggen dat dit per se met een of andere nota zal
moeten zijn.
Spreker maakt wethouder Vermeulen een compliment voor datgene wat
dit jaar is gepresteerd. Deze heeft zelf het compliment al bij voorbaat
doorgespeeld aan de diensten en alle anderen die erbij betrokken zijn;
hierbij wil hij zich aansluiten.
Wat betreft de sport en de recreatie is spreker van mening dat in Breda
binnen het kader van de mogelijkheden bijzonder goed wordt gewerkt en
hij ziet reikhalzend uit naar het moment waarop de sporthal zal kunnen
worden geopend.
Naar aanleiding van een opmerking van de heer Kroon wil spreker nog
wat zeggen. Deze heeft gesproken over een politiek college, samenge
steld uit vijf fracties van verschillende levensbeschouwelijke richtingen.
Dit heeft spreker niet helemaal begrepen, want hij gelooft dat de ver
schillende fracties zoals die hier in de raad aanwezig zijn, inderdaad ver
schillende levensbeschouwelijke richtingen vertegenwoordigen. Dit komt
niet helemaal overeen met de vijf fracties. Hij heeft namelijk altijd be
grepen dat bijvoorbeeld de heer Quadekker, wat zijn levensbeschouwing
betreft, toch wel vrijwel identiek geplaatst zal moeten worden met de
K. V. P. - fractie.
De heer QUADEKKER; "dat heb je goed gezien.'
De heer VIS had steeds begrepen dat binnen bepaalde fracties wel weer
verschillende levensbeschouwelijke richtingen tegenwoordig kunnen zijn.
In een kleine fractie als die van de protestants-christelijke en ook in spre-
ker's fractie zijn verschillende levensbeschouwelijke richtingen te vinden.
De heer Kroon heeft gevraagd in de raad voor de beroepskunst iemand van
protestants-christelijke huize te benoemen. Er zit echter al iemand van
protestants-christelijke huize in, namelijk de heer Mendes.
Tenslotte wil spreker nog een brandende vraag richten tot de heer Qua
dekker.
Hij heeft namelijk ergens in zijn betoog laten vallen dat dit de laatste
keer is dat hij als vijfde fractievoorzitter zal optreden. Nu is het de vraag
wil hij de volgende keer als vierde of als derde optreden of gaat deze op
merking veel verder? Moet hieruit bijvoorbeeld worden afgeleid dat de
heer Quadekker niet in zijn fractie zal terugkeren?
De heer KROON wil wat betreft de agglomeratie Breda en de ruimte
lijke ordening in algemene zin in dezelfde figuurlijke zin spreken als de
voorzitter en de heer Broeders. Van de naar voren gebrachte kuikens, die
door de W. E. B. zijn uitgebroed heeft hij met bijzonder veel genoegen
kennis genomen. Hij vindt het prettig dat het geheugen weer eens werd