16 DECEMBER 1965.
535
Er is bij de instelling van het fonds indertijd beklemtoond dat er een grote
achterstand is, die op deze wijze alleen maar groter kan worden.
De heer MENDES vraagt wanneer het overleg tussen de subsidiënten
over het Zuidelijk Toneel wordt afgesloten. Tevens wenst hij te weten of
het advies van de Culturele Werkgemeenschap inzake culturele recreatie
ve manifestaties al is uitgebracht.
De heer KRAMER wil naar aanleiding van het betoog van de wethouder
nog een kleine opmerking plaatsen. De wethouder schilderde breedvoerig
dat de cijfers opgelopen zijn en hij koppelde hieraan de activiteiten. Naar
spreker's mening mag dit echter niet altijd zo worden gesteld, aan het stij
gen van de cijfers alleen zijn de activiteiten niet te herkennen. Als voor
beeld neemt hij hier het Brabants Orkest dat 6. 000, - minder krijgt, hoe
wel volgend jaar altijd nog 157. 000, -. Hij gelooft echter niet dat de
prestaties van het Brabants Orkest minder zullen worden.
Spreker had nog graag een antwoord op de gestelde vraag: waaruit blijkt
duidelijk de relatie die Breda met het gewest heeft?
De heer VAN DER WERFF zegt dat de wethouder heeft gesteld dat in de
toekomst veel geld zal moeten worden uitgegeven in deze sector. Hij is
het daarmee eens en heeft daar dus geen bezwaar tegen, mits maar bekend
wordt waarom en hoe. Vandaar juist zijn aandringen op een reorganisatie
in de dienst.
De wethouder heeft zelf namelijk gezegd dat de afdeling die daarmee op
het ogenblik is belast, voortdurend door faits diverses wordt lastig gevallen.
Juist nu de kosten hoger zullen worden acht hij het ongewenst dat op dezelf
de wijze wordt voortgegaan.
De wethouder heeft ook gezegd dat de situatie door de vertrekkende direc
teur ingewikkelder wordt. Spreker meent dat juist omdat die directeuren
op dit moment op diverse posten bleven zitten de situatie ingewikkelder
was.
Op dit moment is er in zekere zin een goede gelegenheid voor reorganisatie.
Een gelegenheid die spreker drie jaar geleden, toen het probleem schouw
burgdirecteur en het probleem muziekschooldirecteur aan de orde waren
ook al aan het college heeft voorgelegd.
Spreker gaat akkoord met de verhandeling van de wethouder over die zaal
voor 350 personen, maar wilde toch nog even een optelsommetje gaan ma
ken. Hij hoorde dat er een congresgebouw komt met akoestische zaal voor
een zeker aantal personen.
In de Beyerd-Studio zijn 204 plaatsen; daarnaast krijgt de Beyerd aan zich
gebonden een zaaltje voor ongeveer 350 personen. Alle hulde voor dit ini
tiatief, dat kennelijk plotseling is gekomen want in de cultuursurvey is er
nergens iets van te lezen.
Bij de begrotingsbehandeling van vorig jaar heeft spreker verwezen naar
Eindhoven, naar het Globetheater. Dat is inderdaad groter. Maar nu hoort
spreker dat er nog een grote schouwburg komt voor 800 personen en is daar
om bevreesd of men niet in het wilde weg aan het spekschieten is. Nu is
spreker's verzoek, om te beginnen met een nauwkeurige analyse van de
culturele situatie in het klein en in het groot, eigenlijk stringenter gewor
den.
