17 DECEMBER 1965. 569 niet groot geweest. In cijfers uitgedrukt werden er voor het seizoen 1964 - 1965 28 abonnementen voor het Brabants Orkest en 67 culturele paspoorten gevraagd. Waar het gaat om 1500 man personeel, waarvan er slechts 95 van de gebo den gunst gebruik hebben gemaakt zegt spreker, dat het college aan de re geling slechts weinig vreugde beleefd heeft. De culturele sector heeft geen behoefte meer aan de vroeger op de begroting uitgetrokken posten daarom werd deze geschrapt. Ten aanzien van de mogelijkheid voor het personeel om de plechtigheid op Goede Vrijdag bij te wonen zegt spreker, dat uit het antwoord op het cen traal rapport duidelijk blijkt hoe het college daarover denkt. Door het in voeren van de vijfdaagse werkweek zijn door de Kerk de plechtigheden ver zet naar de avond, zodat iedereen die wil die plechtigheden kan bijwonen. De mensen, die tot de christelijke groepering behoren krijgen op Goede Vrijdag vrij, omdat dat in de rijksregeling zo gesteld is. Voor de katholie ken is daarvoor de Allerheiligendag in de plaats gekomen. Toevallig is het in Breda zo, dat de kleine hoeveelheid christelijken mede profiteert van de vrije Allerheiligendag. Anderzijds mag men dan uiteraard niet zeggen, dat de grote hoeveelheid katholieken dan ook moet kunnen profiterenvan de vrije Goede Vrijdag, tenzij de noodzakelijkheid daartoe aanwezig zou zijn. Als die noodzakelijkheid er is zal het college zijn standpunt kunnen wijzigen, doch niet eerder. Ten aanzien van het gratificatiebeleid zegt spreker, dat er voor 1961 een grote achterstand was in de beloning van het rijks- en gemeentepersoneel. De Toxopeus-maatregelen waren toen weliswaar in zicht, doch nog niet van toepassing. Het toenmalig college vond toen, dat daaraan iets gedaan moest worden, temeer omdat het rijks- en gemeentepersoneel niet de mogelijkheid had van een kerstgratificatie of winstdeling. Met het toen ingevoerde gratifi catiebeleid werd toen beoogd een verhogen van de loonsom. Het ambte narenreglement biedt een aantal mogelijkheden, waarin men tevreden heidsbetuigingen kan geven en een daarvan is de gratificatie. Bij de rijks overheid heeft men nooit een gratificatiebeleid gevoerd, dat niet duide lijk gestoeld was op de overweging, dat men in belangrijke mate in prestatie moest uitsteken boven een ander om voor een gratificatie in aan merking te komen. Als iemand regelmatig boven een ander uitsteekt vindt spreker het verstandiger hem een periodieke verhoging te geven of indien dit niet mogelijk is hem in rang te verhogen. Het beleid, dat vroeger ge voerd werd, was noodzakelijk om de toen heersende nood te lenigen om de achterstand in salaris in te lopen. Door de Toxopeus-maatregelen zijn de achterstanden voor het grootste deel weggewerkt! De toegezegde personeelsnota zal uitvoerig in het overleg worden bespro ken. Spreker hoopt, dat er het komend jaar meer dan 2 vergaderingen van het georganiseerd overleg nodig zullen zijn. De heer KOERTSHUIS zegt, dat de wethouder gesteld heeft, dat er te weinig gebruik is gemaakt van het cultureel paspoort. Spreker blijft van mening, dat de faciliteit van te korte duur is geweest. Over de afschaffing van de Goede Vrijdag-viering, zegt spreker, dat men daarover van mening kan verschillen. Hier is toch ook wel sprake van een bestaande traditie, die vooral de oudere ambtenaren aanspreekt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 569