17 DECEMBER 1965.
579
instituut of een gemeentelijke voorziening op dit gebied.
Voor wat de vraag van de heer Barij betreft, "antwoordt spreker, dat het uit
het onderzoek beschikbaar gekomen materiaal inderdaad een zeer positief
resultaat te zien geeft.
Het heeft het college zeer gespeten, dat door het abrupt doorbreken van
de plannen, doordat het complex Moederheil niet meer ter beschikking was
een nieuwe wending aan de vormgeving van het project moest worden ge
geven.
Intussen werd getracht om op korte termijn een soortgelijk instituut in een
ergens te Breda bestaand instituut onder te brengen. Het laat zich niet aan
zien, dat dit zal gelukken. Thans is de stichting aan het onderzoeken of
het mogelijk is, misschien op een langere termijn, toch nog te Breda tot
uitbreiding der revalidatiemogelijkheden te komen. De heer Barij zal wel
begrijpen, zegt spreker, dat deze zaak zich voornamelijk binnen de be
trokken stichting afspeelt, en dat het primair geen zaak is waarin de ge
meentelijke overheid als gesprekspartner participeert. Wel volgt het colle
ge de ontwikkeling nauwkeurig, hetgeen mogelijk is doordat de betreffen
de stichting het college nauwkeurig over de stand van zaken informeert.
Het moment is nog niet gekomen om hierover naar buiten mededelingen
te doen, omdat dit de voortzetting van de studie misschien zou kunnen
verstoren.
Overigens zegt spreker, heeft hij destijds bij het verzoek om een krediet
aan de raad zeer nadrukkelijk gesteld, dat het voor mogelijk moet worden
gehouden, dat bij het niet doorgaan der plannen het krediet moet worden
geacht om niet te zijn gedaan. Als dit onverhoopt mocht gebeuren, mag
dit niet als een tegenvaller achteraf worden beschouwd.
De heer KOERTSHUIS vraagt of het mogelijk is, dat in de woningwet
sector gebouwen, speciaal voor bejaarden, tot stand zullen kunnen worden
gebracht.
Wethouder VERMEULEN antwoordt, dat die mogelijkheid er theoretisch
wel is, echter binnen het raam der mogelijkheden, die de woningwet biedt.
Dit betekent kleinere kamers en in totaal dus minder ruimte. Theoretisch
bestaat de mogelijkheid dus, doch praktisch is die er niet.
De heer KOERTSHUIS vraagt nog of er dan op dit gebied niets is te be
reiken.
Wethouder VERMEULEN zegt, dat er momenteel nogal wat projecten
op gang of juist gereed zijn. Het project aan de Marialaan is juist gereed,
de Breedonk is druk aan het bouwen en dan ligt er nog een aanvrage van
Lucia tot een niet onaanzienlijk aantal eenheden. Verder is nog in behan
deling een aanvrage van Ruitersbos voor een uitbreiding met 60 eenheden.
De heer TER BERG zegt, dat in het centraal rapport enige vragen ge
steld zijn over de huidige positie van de woningbouwverenigingen bij de
tot standkoming van nieuwe woningcomplexen.
Het door het college gegeven antwoord heeft hem niet helemaal kunnen
bevredigen en is voor hem aanleiding er thans nog even op in te gaan.
Waren het voor de jaren 40 - 45 overwegend de woningbouwverenigingen