81 17 FEBRUARI 1965. Het is haar bekend dat kunstvoorwerpen pas beoordeeld kunnen worden, indien men er enig verstand van heeft, doch men zal ook rekening moe ten houden met de mensen, die dat niet hebben en er toch van moeten kunnen genieten. Spreekster vraagt of de culturele afdeling van de ge meenteraad de aan te kopen beelden te zien zal krijgen en eventuele ideeën door kan geven. Zij denkt b. v. aan de nieuwe wijk "Hoge Vucht", waar een dynamische uitbreiding plaats vindt en waar een zeer specifieke versiering aan het begin van de wijk gerealiseerd zou moeten worden. Beoordeling van een dergelijke versiering door één man noemt zij onmogelijk. Daarvoor is mede-beoordeling door de culturele afdeling van de raad nodig. In de ze afdeling hebben raadsleden zitting die wellicht niet deskundig, doch er wel enigszins verstand van hebben. Zij zijn wellicht niet artistiek, maar voorkomen wellicht dat er bijzondere gekke dingen geplaatst gaan worden. De heer MENDES is van mening dat artistieke verfraaiing niet door iedereen altijd een verfraaiing genoemd wordt. Hij wil dit echter rustig afwachten. Spreker heeft wethouder Bastiaensen een paar maal horen zeggen dat burgemeester en wethouders met voorstellen in de raad zullen komen als er geld besteed moet worden. Hij vraagt thans op de man af of punt 4 van het besluit gehandhaafd wordt. Wethouder BASTIAENSEN antwoordt dat burgemeester en wethouders dus een krediet vragen van 100.000, - om daarover dus de vrije beschik king te hebben. De raad neemt kennis van de besteding hiervan door de afdeling culturele zaken. Hiermede zullen burgemeester en wethouders zich beraden voordat tot definitieve aankoop of plaatsing zal worden overgegaan. Uit verschillende opmerkingen van de raadsleden kan spreker constate ren dat bij advisering door één persoon men bang is dat er gekke dingen zullen komen. Anderzijds zijn er raadsleden die juist van oordeel zijn, dat die gekke dingen de moeite waard zijn om aan te schaffen. Hij vraagt zich in gemoede af wat is nu artistiek verantwoord en wat is nu gek en hij gelooft dat het goed is dat het publiek op een gegeven moment wordt geconfronteerd met beeldende kunst, waarmede nog weinig con frontatie geweest is. Het komt wel meer voor dat men aanvankelijk te gen een beeld wat vreemd aankijkt, doch dat men er na enige jaren er wel aan gewend is en het zelfs niet meer zou willen missen. Men moet zich aan adviseurs durven toe te vertrouwen. Spreker is van oordeel dat men vertrouwen moet hebben in het ambte lijke overleg, het overkoepelend overleg, dat binnen het college van burgemeester en wethouders plaats heeft èn met de stedebouwkundige dienst èn met de commissie, waarvan de burgemeester voorzitter is en die toch bijzonder waakt voor het stadsgeheel èn de afdeling van de raad. Hij is van mening dat dan alle mogelijke waarborgen in acht zijn geno men en dat er geen gekke dingen kunnen gebeuren. De heer Mendes, zo zegt spreker, heeft hem verkeerd begrepen. Hij zal niet met voorstellen in de raad komen, doch met voorstellen in de af deling van de raad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1965 | | pagina 81