128 13 APRIL 1966. 29. BEZOLDIGING VAN DE WETHOUDERS. Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten. 30. BOUW TWEETAL BRUGGEN OVER DE WESTELIJKE SINGELGRACHT. De heer VAN DUIJL merkt op voorhand op niet tegen het voorstel te zijn. Naar aanleiding van de bestudering van de tekeningen moet hij echter een opmerking maken. Het is zo dat hij alle waardering heeft voor de wijze waarop de dienst van openbare werken uit deze kronkel is kunnen komen, alhoewel deze kronkel hem aanleiding heeft gegeven om een aantal vragen te stellen. De bouw van deze bruggen is noodza kelijk in verband met het verkeersgeleidingsplan. De situering van deze bruggen is naar zijn mening zodanig dat hierbij een aantal kruispunten gaan ontstaan die - en daar is hij dus bang voor - aanzienlijke gevaren gaan opleveren voor juiste en goede doorstroming van het verkeer. De tekening heeft spreker nog ten overvloede eenmaal laten afdrukken om haar beter te kunnen bestuderen. Er komt een situatie waar 4 5kruis punten ontstaan, vooral bij de Bernhardbrug en de brug die daar op kor te afstand komt te liggen, die het noodzakelijk maakt dat in de toe komst daar voor de juiste doorstroming van het verkeer, verkeerslich ten worden geplaatst. Spreker is bang dat de situatie daar erg gevaar lijk wordt en omdat men gewoonlijk niet voor slechts 10 jaar een brug bouwt zal deze situatie blijven bestaan. Hij wil daarom suggereren de ze situatie, omdat men er niet onderuit komt daar twee bruggen te ma ken, nader te bestuderen. Zelf meent hij dat het mogelijk moet zijn om deze twee bruggen in een veel kleinere ruimte bijeen te brengen. Hierdoor ontstaat waarschijnlijk de mogelijkheid om het middelpunt van het water min of meer als een verkeersplein te gaan krijgen, waardoor men dus waarschijnlijk de mogelijkheid heeft om van dit kruispunt een rotonde te maken. Hierdoor is een veel betere aan- en afvoer van het verkeer mogelijk. Daarenboven is volgens spreker op de tekening ook niet duidelijk zicht baar hoe de aansluiting aan de Markendaalseweg gedacht is. Hij heeft getracht dit te achterhalen, doch het is hem onmogelijk geweest om een juiste situatie voor ogen te krijgen. Ook is op de tekening niet dui delijk zichtbaar hoe de verkeersstroming en de verkeersgeleiding is op gezet. Uit hetgeen hij heeft gezien maakt hij op dat hier éénrichting- verkeer is - en hij ziet de wethouder al bevestigend knikken -, maar hij verzoekt om deze kruisingen toch zoveel mogelijk te beperken, al thans de situatie zodanig te maken dat daar een betere afvloeiing mo gelijk is en men minder te maken krijgt met een groot aantal kruisin gen op een beperkt vlak. Anders krijgt men in de toekomst met een hopeloze situatie te maken, want alle verkeer dat uit noordelijke rich ting komt zal via dit punt snel het centrum willen bereiken. Vooral bij het Vincent van Goghplein zal een langgerekt kruispunt ontstaan. Tegen het plan bestaat geen bezwaar, maar spreker verzoekt wel de si tuering duidelijker te maken terwille van een betere afvloeiing van het verkeer. Wethouder VERMEULEN constateert dat uit de opmerking van de heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 128