137
11 MEI 1966,
L.J.F. KOERTSHUIS, A. B. KRAMER, A. KROON, A.W. VAN LOON,
J.M. LOUS, J. MARIJNISSEN, F.J. MELZER, A. MENDES, J.A. MEIJS,
P.F.C. NIEUWLAAT, J. H, M, QUADEKKER, A.H.W.M. DE RAAFF, D.
J. RENOOIJ, A. SPANJER, J.F.V. VERMEULEN, DRS, P. VIS, DRS. Y.
P.W. VAN DER WERF'F, DRS, N. H. ZUTREGTOP.
Afwezig: de heren MR. G.W.A. BARIJ, H, BIEMANS, J.M. VAN BIJ-
NEN, J. VERSCHUREN en W. VAN DER ZWAN.
Voorzitter: de heer Mr. Dr. R. M. A.A. Geuljans.
Secretarisde heer Drs. J. P.A. van den Dam.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waar
van de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde voor
de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van: de heren Mr. G. W. A.
Barij, J.M. van Bijnen, J. Verschuren en W. van der Zwan.
De VOORZITTER meent in de geest van de gemeenteraad te handelen,
wanneer hij, alvorens tot beëdiging van de heer de Raaff, opvolger van
de heer v.d. Eeden, over te gaan, enkele woorden wijdt aan het zeer
verdienstelijk leven van de heer C. v. d. Eeden.
Vanaf 1945 heeft hij een zeer gewaardeerde plaats in de gemeenteraad
ingenomen, waarbij zijn belangstelling vooral uitging naar alle zaken, die
de woningbouw en de volksgezondheid betroffen. Deze belangstelling had
hij niet alleen in de raadsvergaderingen, doch natuurlijk ook in het maat
schappelijk leven in het algemeen, doch in het bijzonder in het leven van
de katholieke arbeidersbeweging, waar hij als bestuurder zich bijzonder
interesseerde voor Herwonnen Levenskracht, het Onderling Ziekenfonds,
de Norbartstichting, de woningbouwvereniging St. Jozef, de Katholieke
Bond van Woningbouwverenigingen in de bisdommen Breda en 's-Herto
genbosch en de stichting "Eigen Woning" te Eindhoven.
Vanaf 1930, ziet men de heer v.d. Eeden, zo zegt spreker, in tal van
functies optreden. Eerst als secretaris en vanaf 1934 als voorzitter van de
afdeling Eindhoven van de r. k. fabrieksarbeidersbond St. Willibrordus.
In 1939 werd hij benoemd tot bestuurder van de K.A. B. -afdeling Breda,
waar hij tot 1941, toen door de bezetter deze organisatie werd opgeheven,
werkzaam was. In 1946 trad de heer v.d. Eeden bij deze organisatie we-
derom in dienst.
Spreker meent dat het niet nodig is alle functies en werkzaamheden
van de heer v.d. Eeden nominatief op te noemen, doch hij is van oor
deel dat hij uit naam van alle raadsleden spreekt, wanneer hij hem voor
zijn arbeid en zijn strijdvaardigheid in de gemeenteraad zijn oprechte
dank betuigt.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda.
