167 11 MEI 1966. ding heeft spreker de indruk gekregen, dat burgemeester en wethouders nog geen inzage hebben gehad van de offerte en de wijze waarop dit boetebeding tot stand is gekomen. Zo spreker dit verkeerd begrepen heeft zou hij dit gaarne van burgemeester en wethouders vernemen, omdat het hem vreemd voorkomt, datburgemeester en wethouders straks de zaak moe ten overnemen zonder volledig van de offerte op de hoogte te zijn. Spreker besluit met de opmerking dat hij geweldige waardering heeft voor de activiteiten van het schoolbestuur en dat de raad deze goede zaak niet moet torpederen omdat aan het ene bordje "verboden toegang" is voorbij gelopen. De heer MENDES zou gaarne naar aanleiding van de opmerking van de heer v.d. Werff van burgemeester en wethouders vernemen of de ver- bouwingskosten geheel via de huur terugkomen. De heer BROEDERS wil gaarne een opmerking maken over het voorstel van de heer Melzer. Er is over het schoolbestuur al heel veel gezegd. Hij gaat daar niet verder op in. Hij is van mening dat Breda blij mag zijn dat dit instituut in Breda gevestigd is. Bij diverse gelegenheden heeft de raad hiervan blijk gegeven. Thans kan geconstateerd worden dat ten aarn- zien van deze verbouwing door dit bestuur ten aanzien van de gemeente een fout is gemaakt. Er ligt een voorstel van burgemeester en wethouders ter tafel, waarbij de raad weet waar men aan toe is. De heer Melzer wil echter dit voorstel van burgemeester en wethouders niet volgen, doch wel een aanbesteding op uitnodiging. Spreker maakt uit deze woorden op dat de heer Melzer de zaak wel door wil laten gaan opdat het instituut kan starten, doch op anderg wijze. Hij is van oordeel dat dit het punt is waarom alles draait.: Het niet-doen, het doen zoals burgemeester en wethouders voorstellen, of de wijze van de heer Melzer volgen. De algemene tendens van de besprekingen is naar zijn mening, dat gesignaleerd wordt dat het bordje "verbodentoe gang" is voorbij gelopen en dat de zaak moet doorgaan. Spreker vindt het een riskante affaire om de aanbesteding op uitnodiging te gaan doen. Dan zal de raad een besluit nemen waarvan de risico's minder te overzien zijn dan van het besluit wat thans door burgemeester en wethouders wordt voorgesteld. Op deze gronden wenst spreker hetvoor- stel van burgemeester en wethouders te volgen. Wethouder BASTIAENSEN wil gaarne de opmerking van mevrouw van Mierlo beantwoorden. Er is inderdaad contact geweest met het gemeente bestuur over het verbouwingsplan. Dit plan in eerste phase is een object geweest waarom de rijksgoedkeuring moest worden aangevraagd. Het be grote bedrag voor de verbouwing is thans hoger omdat meer voorzieningen nodig zijn om het goed bewoonbaar te maken. Dit totaal is door de aan nemer berekend en de bouwkundige inspectie heeft hieraan haar goedkeu ring gehecht. Over de opmerking van de heer Kroon luidende dat er een beetje naïef geredeneerd is door het schoolbestuur, wenst spreker nog te zeggen, dat hij in eerste instantie getracht heeft duidelijk uiteen te zetten dat deze naïviteit er niet was. Voor alles kan er gesteld worden dat er een fout is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 167