277
17 AUGUSTUS 1966.
De heer VAN DER WERFF zegt dat de heer Vis er zo juist over gespro
ken heeft dat de fractie van de P. v. d. A. burgemeester en wethouders her
haaldelijk om herziening van hun standpunt hebben verzocht. Ook van de
zijde van de V. V. D. -fractie is dit herhaaldelijk gebeurd. In verband hier
mede wijst hij op de zo juist goedgekeurde notulen. Op de laatste pagina
hiervan kan men lezen dat hij over deze kwestie rappeleert naar aanleiding
van de begrotingsbehandeling 1965/1966 en naar aanleiding van het feit
dat dit vóór september van dit jaar toch weer eens aan de orde moest komen.
Spreker is burgemeester en wethouders zeer erkentelijk dat in deze verga
dering met het preadvies wordt gekomen. Evenals de vorige spreker deelt
hij de teneur van het voorstel grotendeels. Persoonlijk vraagt hij zich af
of het wel helemaal juist is, wanneer er op pagina 2, derde alinea, wordt
gesteld dat als algemeen bezwaar tegen de nakeuring door middel van de
Katholieke Filmcentrale wordt aangevoerd dat katholieke ethische normen
worden gehanteerd voor de gehele bevolking. Zijn persoonlijke indruk is
en hij spreekt hierbij voorzichtig, omdat het zijn persoonlijke indruk is
't dat juist ook ten aanzien van de katholieke ethische normen een zekere
ontwikkelingsgang heeft plaatsgevonden, die het mogelijk maakt, dat
burgemeester en wethouders dit voorstel aan de raad hebben kunnen doen.
Daarom vraagt hij zich af of op genoemde zinsnede uit het voorstel en de
daaropvolgende, luidende dat "de geestelijke vrijheid van minderheden
daardoor geacht wordt op ernstige wijze te worden beknot" wel juist is.
Waarschijnlijk ziet men het zo, maar persoonlijk dacht hij dat ook juist
in katholieke kring hier toch een zekere ontwikkeling der meningen heeft
plaatsgevonden. Een ontwikkeling die hij juist hier met nadruk wil toe
juichen, omdat wellicht in de toekomst de diverse standpunten tot overeen
stemming kunnen komen.
De kwestie van de datum van opzegging van het lidmaatschap noemt
spreker een moeilijke zaak. In de afdelingsvergadering is hierover ook al
gesproken. De fractie van de V. V. D. kan zich voorstellen, zo zegt spreker,
dat burgemeester en wethouders stellen dat de stichting jarenlang nuttig
werk heeft verricht en dat zij niet op zo'n korte termijn de banden met
de vereniging willen veibreken, omdat daardoor voor de vereniging extra
problemen geschapen worden. De vereniging heeft een aantal functiona
rissen in dienst, die hierdoor in hun maatschappelijke omstandigheden
zouden worden bemoeilijkt.
Spreker vraagt zich af in hoeverre de gemeente Breda zich hierbij spiegelt
aan andere gemeenten, die wellicht dezelfde procedure volgen als de ge
meente Breda.
Gaarne zou hij van burgemeester en wethouders hierover enige inlichtingen
hebben, opdat door hem inzicht wordt verkregen omtrent de redenen om
te besluiten tot opzegging van het lidmaatschap per 1 januari 1968.
De heer KROON zegt dat in het verleden over deze zaak nogal eens is
gesproken. De protestants christelijke fractie heeft zich tot dusver aange
sloten bij de katholieke nakeuring, die bestond.
Het voorstel van burgemeester en wethouders is verklaarbaar, gezien de
ethische normen, die sterk wisselend zijn.
Spreker mist in het voorstel van burgemeester en wethouders toch één
ding, In de 2e alinea van pagina 2 van het voorstel wordt medegedeeld
dat laatstelijk Tilburg ook het lidmaatschap van de vereniging heeft op-