17 AUGUSTUS 1966.
286
ven en de toegangsprijzen de exploitatielasten voor het Sportcentrum voor
100rendabel maken.
Op pagina 2 stellen burgemeester en wethouders dat bij wedstrijden en
trainingen van derden, waarvoor entrees worden geheven, de normale huur
voor de sporthal zal worden verhoogd met 30% van de nettorecetten. Dit
zal dan betekenen dat die derden een bijdrage leveren in de dekking van
de kapitaallasten. Een vereniging, die een wedstrijd organiseert en daar
van een paar centen overhoudt, zal dus deze moeten besteden om een bij
drage te leveren in de kapitaallasten. Dit behoeft niet te worden gedaan
door een vereniging die in het Sportcentrum vergadert. Wellicht heeft
deze vereniging hetzelfde doel, namelijk om straks meer te verdienen,
doch deze laatste behoeft geen bijdrage in die kapitaallasten te leveren.
Spreker zegt dat het wellicht om minieme bedragen zal gaan, doch daar
naast moet nog aan de gemeente de kosten van kaartverkoop en controle
betaald worden. Het gevolg zal zijn dat er voor de vereniging niet zoveel
voor de kas zal overblijven. Hierdoor zal het animo bij de verenigingen
om iets te organiseren er gauw af zijn. Hij is er tegenstander van dat dit
Sportcentrum wordt gebezigd als een middel om handel te drijven en
winsten te maken. Hij zou er toch wel een voorstander van zijn de orga
niserende vereniging haar kas met de behaalde voordelen te voeden, zonder
dat de gemeente daarvan nog een graantje meepikt.
Tenslotte merkt spreker op dat voor het gebruik van de hal, door niet tot
de lager-onderwijssector behorende scholen 45, -- per uur huur in reke
ning zal worden gebracht.
Hij is van oordeel dat dit een behoorlijk bedrag is en hij vraagt zich af
of burgemeester en wethouders er zeker van zijn dat dit tarief door het
Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen wordt geaccepteerd. Indien
dit niet het geval zou zijn dan zal geen enkele school in de onderwijssec
tor er gebruik van willen maken.
De heer VAN DER WERFF is van oordeel dat de opening van de sport
hal in Breda van grote betekenis is, omdat er daardoor een lichamelijke
opvoedingsmogelijkheid meer zal bestaan. Een mogelijkheid meer voor
actieve recreatie en bovendien, zoals in het voorstel van burgemeester en
wethouders in het vooruitzicht is gesteld, een mogelijkheid voor passieve
recreatie. Dit laatste aspect is toch voor een stad als Breda van betekenis,
geeft allure aan de stad ten opzichte van de rest van Nederland.
Het frappeert spreker echter, dat er voor de toegangsprijzen voor zelf te
organiseren evenementen slechts twee differentiaties zijn aangebrachtEr
wordt namelijk gesproken over eenvoudige wedstrijden voor kinderen tot
en met 14 jaar en voor volwassenen en van nationale en internationale
wedstrijden. Hij dacht dat een gradatie van 3 soorten wedstrijden beter
zou zijn, namelijk de eenvoudige evenementen die een lokaal of regio
naal karakter dragen, de evenementen die een provinciaal of nationaal
karakter hebben en tenslotte de nationale of internationale wedstrijden.
Hij is daarom van oordeel dat een grotere differentiatie nodig is.
De heer KRAMER heeft weinig aan het stuk toe te voegen. Inderdaad
kan men in de door burgemeester en wethouders voorgestelde tarieven
gaan plussen en minnen. Het komt hem echter niet verstandig voor. Spre
ker is van oordeel dat geconstateerd moet worden dat er een goed stuk