303 17 AUGUSTUS 1966. Mij afvragend waar dan vandaag het accent moest worden gelegd kwam ik voor mezelf tot de conclusie, dat ik dit afscheidswoord meer moest toespit sen op de persoonskarakteristiek meer dan op reeds bekende concrete presta ties, alhoewel ik me ervan bewust ben dat ik daarmee niet de gemakkelijk ste weg kies. Breda weet nu zo langzamerhand wel dat gas, licht noch water enig geheim voor U verborgen houden, waar U met een gemak alsof U zelf de uitvinder ervan was hele betogen heeft weggegeven over bolgashouders, piekgasin- stallaties en middendrukgasleidingen, over zoveel-duizend-KV-trafostations, over grondwater- en oppervlaktewaterwinning. De vergadering van vanavond was er een nieuwe demonstratie van. De door zoveel geconcentreerde tech nische wetenschap wellicht geïmponeerde toehoorder in deze raadzaal moet zich wel eens verwonderd hebben afgevraagd: "Waar héélt de man het alle maal vandaan". "Slachten" is al evenmin een onbekende bezigheid voor U. Toen onlangs in deze raad het signaal op "rood" werd gehesen vanwege vermeende stallings ongemakken voor onze geliefde koebeesten, liet U de storm over het wijze grijze hoofd gaan, om een maand later te komen verklaren dat rood alarm een loos alarm moest worden genoemd. Er zijn boze tongen die beweren "Van SLACHTEN naar FINANCIEN, il n'y a gu'un pas". Dat is natuurlijk schromelijk overdreven, alhoewel ik met enige schroom moet bekennen dat ik in de gesprekken in het college handelende over de bestedingsdriften van Uw medeleden wel eens ooit in de ver leiding ben gekomen te denken, dat in Uw wederwoord iets doorklonk wat associaties kon oproepen aan dit gewraakte gezegde. U was echter in ons ge zelschap de prudente, bedachtzame financier, die met Uw brede kennis in financieel/bestuurlijke zaken voor Breda zowel als voor Uw eigen persoon een grote mate van kredietwaardigheid hebt weten op te bouwen. Uw openbare activiteiten in Uw kwaliteit van loco-burgemeester konden evenmin onder de koremaat blijven. Een krant waarin een afbeelding ont brak van een druk-decorerende heer Meijs zou men bijna voor een vergissing zijn gaan houden. Sterker kwam U in deze kwaliteit naar voren toen uiteen lopende omstandigheden U voor de taak stelden volledige inhoud te geven aan het ambt van loco-burgemeester tijdens de ziekte en na het overlijden van burgemeester Prinsen; een periode van het eerste halfjaar 1952 toen bovendien de volle zwaarte van de representatieve taak op U moet hebben gedrukt in de schier eindeloze rij van ontvangsten die de geslaagde feesten van Breda - Oranjestad begeleidden. Daarna in het vierde kwartaal 1959 na het vertrek van burgemeester Kortmann, terwijl ook nu weer sedert 13 juni deze taak onder bepaald zeer moeilijke omstandigheden U is toegevallen. Zo ooit, dan nu - heer Meijs - kwam U Uw verbazingwekkende vitaliteit te stade, waarachter geen mens ter wereld de last van de volle zeventig levensjaren zou durven vermoeden. Menig jongere medebestuurder in dit college mag U deze bruisende levenskracht benijden, die U bovendien nog toelaat actief werkzaam te zijn op Uw eigen bankierskantoor, waar U nog steeds als één der eersten elke ochtend achter Uw bureau te vinden bent.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 303