6 SEPTEMBER 1965. 315 Persoonlijk is hij van dit soort sommetjes geen voorstander. Hij gelooft niet dat daarop een verantwoorde werking van de democratie, laat staan contacten tussen mensen met verantwoordelijkheidsgevoel gebaseerd moe ten zijn. Bovendien dunkt hem dat men dit soort zaken al gauw in over- ijver teveel tracht te bewijzen. Men kan namelijk dit knappe staaltje van rekenkunde ook om gaan keren: 6 raadszetels verlies, betekent dus 1 wet houderszetel ten koste van de verliezende fracties van K. V. P. en P. v. d. A en zij verloren op 1 juni 1966 ook 6 zetels. Het is bijna zo'n ouderwets zoekplaatje, zo'n ouderwets kleurplaatje voor de jeugd: "waar is de bij behorende wethouder gebleven?" Men mene vooral niet dat de V. V. D. - fractie momenteel zou vragen om een 6e wethouder, bijvoorbeeld voor de nutsbedrijven. In de fractie is hierover beraad geweest, vroeger met tweeën, nu in kwartetvorm. Wellicht zal het, zo was de conclusie, op de duur noodzakelijk zijn. Voorshands wordt deze noodzaak nog niet ge zien, terwijl het instellen extra kosten voor de gemeentelijke zwaar be dreigde kas, zou meebrengen. De fractie twijfelt er zeker niet aan, zoals de voorzitter juist in zijn welkomstwoord gesteld heeft, dat als de situa tie urgent zou worden van de zijde van het college met grote bedacht zaamheid en niet alleen op een dag als deze, maar na ampel overleg, met daartoe strekkende voorstellen bij de raad zal worden gekomen, die dan op hun merites zullen kunnen worden beoordeeld. Doch daar gaat het niet over. De dag van de gemeenteraadsverkiezingen bevond spreker zich in 's-Hertogenbosch bij de verkiezing van de gedeputeerden. Daarover gaf de Bredasche Courant op 2 juni commentaar onder het hoofd: "Bra bants staten en democratie". In het tweede deel stond "met het toegevertje van de staten wil nog niet gezegd zijn dat men in K.V.P. -kringen demo cratischer is gaan denken. Een bredere samenstelling van het hoogst pro vinciale college blijft men afwijzen. Gezien de verhouding van K.V.P. tot de overige partijen, namelijk 49 tegen 22, zou het redelijk zijn ge weest, dat niet 5 maar 4 K.V.P. 'ers deel van G.S. zouden uitmaken en dat de 2 resterende zetels ter beschikking zouden zijn gesteld van één of meer andere partijen. In feite hebben de kiezers niet anders gewild". Ruim 10. 000 stemmen werden - het bevolkingsaccres in aanmerking genomen - op 1 juni 1966 anders uitgebracht. Op een totaal van ruim 60. 000 stemmen, is dat bijna 1/6. De V.V. D. -fractie is van mening, dat het onjuist zou zijn deze electorale uitspraak voetstoots te veronacht zamen. Spreker stelt derhalve als kandidaat voor een wethouderszetel, de heer Melzer, fractievoorzitter der V. V.D.... In het algemeen wil hij daar nog een laatste opmerking aan toevoegen, de V.V.D. -fractie is bereid met alle fracties in deze raad samen te werken. Ter zake van het door spre ker nu gedane voorstel is er generlei vóóroverleg met welke partij of fractie dan ook gevoerd, behalve besprekingen die met de fractievoorzit ters in het seniorenconvent hebben plaatsgevonden. Het gaat de V. V. D. -fractie namelijk slechts om het signaleren van de onjuiste dan wel eenzijdige opvattingen van de democratie in de 2e helft van de 20e eeuw.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 315