354 14 SEPTEMBER 1966. nota, zegt spreker, dat het gros van de nota's naar de ziekenfondsen gaat en dat slechts een klein gedeelte rechtstreeks aan de particulier gezonden wordt. In alle oprechtheid meent hij te mogen betwijfelen dat het veel vuldig is voorgekomen dat daags na het vervoer de nota in de bus ligt. Hij heeft zich daarvan vergewist en komt tot deze conclusie, omdat het ge volgde systeem hem daartoe aanleiding geeft. Op maandag worden alle nota's verzonden van de ritten, die in de afgelopen week gereden zijn. Het kan natuurlijk voorkomen dat er 's zondags voor een particulier een rit is geweest die op maandag gedeclareerd wordt. Met de dienst heeft spreker nu afgesproken dat het vervoer in den vervolge zal worden gedeclareerd 10 dagen na de dag waarop het vervoer heeft plaatsgevonden. Uiteraard zal er een zekere regelmaat in de administratie blijven zitten, te meer omdat die straks gemechaniseerd wordt waarbij die regelmaat een belangrijk ge geven is. Aan het adres van de heer Bayens zegt spreker dat de ziekenfond sen over het voorstel niet gehoord zijn, maar dat ze wel kennis van het voorstel hebben gekregen. Dat is geen abuis maar een weloverwogen daad geweest, omdat men moet oppassen als men in tweede instantie tot over leg besluit. In 1964 is er uitvoerig overleg met de ziekenfondsen geweest en toen is duidelijk vastgesteld dat dat niet kon impliceren dat de zieken fondsen medezeggenschap zouden krijgen bij de exploitatie van de dienst. Tegen dit standpunt is van de zijde van de ziekenfondsen geen bezwaar gemaakt. Het ging hier in feite niet om een wijziging van de bestaande verordening, althans niet op essentiële punten. Het is een tariefsaanpassing, die gerelateerd is aan het kostenelement, dat de laatste twee jaren is gaan meespelen tengevolge van de trendverhogingen in de salariskosten. Het gaat hier om een lóonintensief bedrijf. Over het feit dat de dienst "self-supporting" moet zijn zegt spreker, is des tijds gesproken met de ziekenfondsen en ook met de centrale"overheid. Er zijn aanwijzingen dat de rijksoverheid binnen afzienbare tijd het standpunt zal gaan innemen, dat van rijkswege medewerking wordt verleend aan am bulancediensten, die aan te stellen voorwaarden voldoen, in de vorm van een bijdrage in de top van de personeelskosten. Hiermede zal dus door de centrale overheid in feite erkend worden dat het dragen van de paraatheids- kosten niet langer een gemeentelijke zaak kan zijn. In den beginne waren er in tal van gemeenten particuliere ondernemers met ambulancediensten. Deze diensten zijn langzamerhand meer en meer overgenomen door ge meenten die een regio verzorgden. In deze benadering komt het vraagstuk van de paraatheidskosten op een heel ander niveau te liggen. Het is der halve denkbaar - bij de minister ligt ten deze reeds een advies ter tafel - dat het rijk voor een niet onbelangrijk percentage zal gaan tegemoetkomen in de paraatheidskosten. Als dit zo is, zegt spreker, is er voor Breda aan leiding om de vlag uit te steken, omdat Breda de eerste gemeente in Ne - derland is, die dit standpunt heeft ingenomen. De heer Bayens heeft ook nog gezegd dat er grote verschillen met de tarie ven van andere gemeenten bestaan. Dat is ten dele waar zegt spreker. Na dat Breda zijn tarieven had vastgesteld zijn er veel grote gemeenten ge weest die hun tarieven hebben aangepast. Die gemeenten hebben gerede neerd: wij gaan onze tarieven optrekken, want dan wordt het aandeel uit de algemene middelen te verstrekken minder. Het tekort over 1965 heeft ruim 62.000, -- bedragen. Als het college besloten had de paraatheids kosten uit de algemene middelen te bestrijden, zou dit er vermoedelijk op

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 354