356
14 SEPTEMBER 1966.
34. HET VERLENEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN DE GASVOOR-
ZIENÏNG VAN BA VEL.
35. PREADVIES OP DIVERSE VERZOEKEN EX ARTIKEL 72 DER LAGER-ON-
DERWIJSWET 1920.
36. HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN HET
TREFFEN VAN BOUWKUNDIGE VOORZIENINGEN AAN DE WONINGEN
MIDDELLAAN NRS. 141-143 TOT EN MET 163.
37. HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE VERBOUWING
VAN HET PAND DOELEN 11-13 EN TOT VERHURING VAN DIT PAND
AAN DE A-KRING NOORD-BRABANT D.
38. VERKOOP VAN GROND AAN DE N. V. BOUWBEDRIJF VAN EIJKELENBÜRG.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
39. PREADVIES NAAR AANLEIDING VAN HET VOORNEMEN VAN DE MINIS
TER VAN VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING OM VOOR
ENIGE DELEN VAN HET LAND EEN GROTERE VRIJHEID OP HET GEBIED
VAN HET BOUW-, HET HUUR- EN HET WOONRUIMTEBELEID TOE TE
STAAN.
De heer VAN DUIJL zegt, mede namens zijn fractie, verheugd te zijn
over de brief van de minister en het naar aanleiding daarvan door het col
lege uitgebrachte preadvies. In het schrijven aan de minister komt tot uit
drukking dat, al is dat nog niet direct, toch langzamerhand op het gebied
van het woningbeleid een tijd aanbreekt, zoals die voorheen was die velen
van ons en vooral de jongeren zich niet meer kunnen herinneren. Het einde
van de woningnoodmisère is in zicht. Uit de brief van de minister blijkt dat,
om tot een grotere vrijheid op het gebied van de contingenteringen over te
gaan en te komen tot lossere vormen van huurprijsbeheersing en huurbe-
scherming en tot afschaffing van de woonruimtewet aan bepaalde voorwaar
den moet zijn voldaan. Het overleg tussen gedeputeerde staten en de besturen
van Breda, Tilburg en Eindhoven speelt hierbij een grote rol. De grotere
vrijheid, die in het verschiet ligt mag niet leiden tot een dusdanige onge
bondenheid dat de huurprijzen sterk gaan stijgen, waardoor met name de
huurders van woningwetwoningen de dupe zouden kunnen worden. Spreker
vraagt hierover de mening van het college te mogen vernemen.
In het preadvies spreekt het college de verwachting uit, dat, gezien de bouw-
stromen, die momenteel op gang zijn en de voorbereiding van nieuwe bouw
plannen, aan het einde van 1967 tot lossere vormen kan worden overgegaan.
Sprekers fractie hoopt, gezien de huidige kapitaalmarkt en de vrees, die in
vorige debatten tot uiting is gekomen, dat de bouw van woningen ongestoord
doorgang zal kunnen vinden. Zij stelt zich daarbij voor dat tevens gebruik
zal kunnen worden gemaakt van de ruimere contingentering, die de minis
ter in het vooruitzicht stelt. Spreker stelt, dat het standpunt van zijn frac
tie in deze positief is, dat wil zeggen, dat zij zich kan verenigen met de
gedachte, die in het preadvies is ontwikkeld.