sr/c? 308 7 DECEMBER 1966. VRAAG. De heer BA YENS vestigt de aandacht op de ventilatie van de vuilwater- afvoer in de Piet Heynlaan. Hieruit stegen onaangename geuren op, die bij een bepaalde windrichting zeer hinderlijk waren voor de bewoners. De laatste maanden echter is dat euvel permanent. Het is mogelijk dat er een storing of een lek in de mechanische installatie is. Zo dit inderdaad mocht zijn, dan verzoekt hij maatregelen te treffen om hierin verbetering te brengen. ANTWOORD. Bij controle kon niet worden vastgesteld dat in de omgeving Piet Heynlaan door het rioolgemaal hinderlijke geuren werden verspreid. Van storing of lekkage van de mechanische installatie is niets gebleken. Waarschijnlijk was de oorzaak hierin gelegen, dat tengevolge van de be trekkelijk droge zomer en najaar, het rioleringsstelsel weinig doorspoeling heeft gehad. VRAAG. De heer VAN GASTEL zegt, dat vorig jaar op een door hem gestelde vraag door burgemeester en wethouders is geantwoord dat er op de parkeer plaats bij het Kerkpad geen woonwagens meer zouden worden geplaatst. Thans heeft spreker echter weer geconstateerd dat er een woonwagen en een caravan standplaats hebben. Hij vraagt burgemeester en wethouders hieraan weer eens aandacht te be steden. ANTWOORD Inderdaad heeft ons college op 28 januari 1966 besloten ni 1 april 1966 geen vergunning meer te verlenen voor het innemen van standplaats m et woonwagens ten behoeve van kermisexploitanten op het achter de panden Zandbergweg 4 tot en met 20 gelegen gemeenteterrein, waarvan een ge deelte sedert korte tijd de bestemming van parkeerterrein heeft verkregen. Aangezien het aantal gemeenteterreinen, dat beschikbaar kan worden ge steld voor het innemen van standplaats met woonwagens ten behoeve van kermisexploitanten na afloop van het kermisseizoen, thans te gering is om voldoende standplaatsruimte te bieden, hebben wij, noodgedwongen, be sloten in een tweetal gevallen een uitzondering op de hiervoor aangegeven regel te maken. De wagens in kwestie hebben echter geen standplaats op het parkeerterrein, dat wordt vrijgehouden, doch naast de parkeergelegen heid. VRAAG. Mevrouw KRENS-WAGTMANS zegt dat in de raadsvergadering van 14 september 1966 een krediet beschikbaar is gesteld voor de verbetering van de verwarming in het pand Nieuwe Ginnekenstraat 18. De betrokken wethouder heeft haar toen toegezegd te zullen trachten voor de aanvang van het stookseizoen deze verwarming in orde te brengen. Hedenmorgen heeft spreekster kunnen constateren dat er nog niets aan ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 518